Uit onderzoek aan de KUL van Nils Rentmeesters blijkt dat één op de zeven politieagenten kampt met posttraumatische klachten (PTSS) ten gevolge van (zware) incidenten tijdens de uitoefening van de job; er wordt verwezen naar fysiek geweld, al dan niet met wapens; één op de drie politiemensen zou al in situatie gekomen zijn waarbij ze vreesden voor hun leven.
Beschikken we in Gent over cijfers over het aantal politiemensen dat kampt met PTSS?
Zijn deze cijfers gelijkaardig aan de geciteerde van de onderzoeker? zijn er verschillen tussen diensten?
Hoe worden agenten opgevangen na zware incidenten, uit preventieve overweging, om latere trauma's zoveel als mogelijk te vorkomen?
Waar kunnen agenten - eens ze kampen met PTSS - curatief terecht binnen het korps? Hoe wordt opgevolgd dat de drempel hiernaar voldoende laag is?
Zoals u ongetwijfeld weet collega’s is het zorg dragen voor de medewerkers een belangrijk aandachtspunt in het beleid van het stadsbestuur en dus ook voor de politiemedewerkers.
De PZ Gent nam in oktober 2021 deel aan ‘Athena’, het aangehaalde onderzoeksproject naar schokkende of emotioneel belastende gebeurtenissen die personeelsleden van de Geïntegreerde Politie tijdens de uitoefening van hun functie doormaken.
Het eerste deel van het project omvatte een onderzoek naar de prevalentie en het effect van traumatische blootstelling. In PZ Gent hebben 274 medewerkers deelgenomen (dit is een responsgraad van 22,6%).
In de vervolgstudie ‘Athena’ zal gefocust worden op de ontwikkeling en behandeling van psychotrauma bij politiepersoneel.
De korpsleiding kreeg feedback van de algemene resultaten en de situatie in Gent. Het onderzoek geeft inzicht in het percentage van het aantal medewerkers dat klachten van posttraumatische stressstoornissen toont. De steekproef, zowel algemeen als in PZ Gent, is representatief en valide.
Voor de prevalentie van een posttraumatische stoornis bij het politiepersoneel is dat voor de PZ Gent 8% voor het Calogpersoneel en 16,2 % voor operationele medewerkers.
Wat uw vraag betreft over de cijfers van de PZ Gent en de mogelijke verschillen of gelijkenissen met de geciteerde cijfers van de onderzoeker geeft de politie ons mee dat er zeer beperkte -geen significante- verschillen vastgesteld worden tussen politiezones en -diensten.
In grotere zones is er wel een tendens naar meer confrontatie met verbaal en fysiek geweld. En eveneens een tendens naar een hoger risico voor complexe posttraumatische stressstoornissen bij slachtofferbejegenaars. PZ Gent scoort hoger voor de prevalentie van posttraumatische klachten bij het burgerpersoneel. We hebben immers een hoger cijfer voor posttraumatische stressstoornissen bij Calog-medewerkers (8%) dan de algemene steekproef (3,4%). Dit heeft vermoedelijk te maken met het gegeven dat binnen de PZ Gent calogpersoneel instaat voor slachtofferbejegening en deels voor het onthaal. Terwijl in andere/kleinere korpsen deze opdrachten nog grotendeels worden uitgevoerd door operationele politiemensen.
De conclusie is dat herhaaldelijke blootstelling aan potentieel traumatische gebeurtenissen voor vrijwel alle personeelsleden die in hun werk met de burger in contact komen een realiteit is. Bepaalde diensten zoals interventie, lokale recherche en politionele slachtofferbejegening worden significant vaker geconfronteerd met potentieel traumatische gebeurtenissen.
Interventiediensten scoren hoger voor gewelddadige incidenten. Lokale recherche en slachtofferbejegening scoren hoger voor emotioneel belastende incidenten. PZ Gent vertoont dezelfde tendens en een gemiddeld beeld.
De dienst Personeelszorg, binnen de dienst HR, is een belangrijke partner in dit domein. Collega’s die worden geconfronteerd met emotioneel belastende gebeurtenissen en geweldsincidenten kunnen bij Personeelszorg in alle vertrouwelijkheid terecht. De maatschappelijke assistenten van de dienst Personeelszorg hebben beroepsgeheim. De korpsleiding weet hoeveel medewerkers geholpen en begeleid worden maar weet niet hoeveel medewerkers met posttraumatische stressstoornissen kampen.
De dienst Personeelszorg is gekend en laagdrempelig toegankelijk. Bovendien wordt er in kader van preventie van een posttraumatische stoornis sterk proactief gewerkt. Politionele tussenkomsten die omwille van de aard, slachtoffers of omstandigheden ervan mogelijks ingrijpend zijn voor onze medewerkers worden aan Personeelszorg gemeld door de sleutelfiguren.
In deze situaties neemt Personeelszorg het initiatief om de betrokken medewerkers te contacteren en uit te nodigen voor gesprek. In eerste instantie is de aanpak gericht op preventie door te laten ventileren, te informeren, te ondersteunen, veerkracht te verhogen, het aanleren van adaptieve coping en de evolutie van eventuele klachten goed op te volgen.
In 2021 werden 198 medewerkers proactief gecontacteerd n.a.v. emotioneel zware tussenkomsten. Eveneens werden 270 medewerkers proactief gecontacteerd n.a.v. een geweldsincident. Daarnaast werden 69 medewerkers intensief begeleid n.a.v. mentale klachten (depressie, overbelasting/stress, burn-out, posttraumatische stressstoornissen /ingrijpend incident, angsten). Er werden 23 medewerkers doorverwezen naar de externe psychogen waar Personeelszorg mee samenwerkt.
Medewerkers die in hun dagelijks werk chronisch blootgesteld zijn aan hoge emotionele belasting, zoals slachtofferbejegenaars, zedenrechercheurs, zedeninspecteurs, gaan daarnaast ook preventief minstens 2 keer per jaar naar een externe psycholoog, gespecialiseerd in psycho-traumatologie. Voor deze doelgroep worden ook jaarlijks gemiddeld 5 psycho-infosessies georganiseerd over relevante thema’s zoals stress, burn-out, zelfzorg, omgaan met daders, omgaan met getraumatiseerde mensen, …
Wie ernstige klachten vertoont of bij wie de normale acute klachten evolueren naar posttraumatische klachten wordt door personeelszorg doorverwezen naar gespecialiseerde klinische psychologen met goede kennis en ervaring in psycho-traumatologie bij first responders. Ons korps werkt hiervoor samen met 2 vaste psychologen. Bij bepaalde incidenten (schietincident, levensbedreiging) wordt altijd naar de psycholoog verwezen voor minstens 2 gesprekken, ook als er geen indicaties zijn naar probleemverwerking.
Onze korpschef beklemtoont dat door de huidige manier van werken veel medewerkers bereikt worden maar is er zich van bewust dat er nog een weg te gaan is. Het werk dat nog moet verricht worden ligt in drempelverlaging en invloed krijgen op de organisatiecultuur.
Politiemensen worden beroepshalve regelmatig geconfronteerd met ingrijpende of schokkende gebeurtenissen. Achter ieder uniform zit ook een mens. En dat is een feit dat politiemedewerkers volgens de korpschef nog meer kunnen leren (h)erkennen.
Om het bewustzijn daarover te verhogen en verder te sensibiliseren en te informeren worden in 2022 drie interactieve infosessies gepland met een autoriteit op vlak van psychologische crisisinterventie bij first responders.
De sessies worden opgenomen en kunnen door alle medewerkers (her)bekeken worden op het intern leerplatform.
Wat de vraag m.b.t. het vervolgonderzoek betreft kan de PZ Gent niet rechtstreeks deelnemen aan de volgende delen van de studie.
Deze deelstudies zullen zich focussen op ontwikkeling en behandeling van psychotrauma bij politiemedewerkers. Dit zijn lange termijn onderzoeken waarin jaarlijks aspiranten uit verschillende politiescholen worden geselecteerd om deel te nemen. Zij zullen langdurig opgevolgd worden met het oog op het in kaart brengen van risicofactoren (persoonsgebonden en organisatie gebonden) en incidenten die deze mensen meemaken, hoe ze daarop reageren en welke steun/interventies helpen of integendeel negatief beïnvloeden.
Drie politiescholen gaven al hun akkoord voor samenwerking, waaronder Paulo. Zo zal een deel van de deelnemers zeker in ons korps terecht komen.
Ten slotte worden er in het rapport 5 aanbevelingen gegeven:
Ten eerste een grondige selectie: ‘selecting out’ van grote risicofactoren, vb. ernstig gebrek aan adaptieve coping en veerkracht. Dit is dus een opdracht voor de dienst Rekrutering en selectie.
De tweede aanbeveling focust op informatie, opleiding en vorming over psychotrauma: zowel tijdens basisopleiding als breed in de organisatie, zeker ook aan Leidinggevenden. Dit is een taak voor de politiescholen en de korpsen. Zoals al uitvoerig toegelicht gaat de PZ Gent hierop in door in 2022 3 sessies in te plannen van telkens een halve dag training door een trainer die een ervaren crisispsycholoog en psych traumatoloog is.
De derde aanbeveling handelt over de opvolging van medewerkers na incidenten: aanklampend en proactief door gespecialiseerde medewerkers en minstens 3 maanden opvolging. Dit gebeurt al in de PZ Gent en wordt geoptimaliseerd door meer infodoorstroming naar de dienst personeelszorg over gebeurtenissen waarmee personeelsleden worden geconfronteerd en een meer open cultuur bewerkstelligen om erover te spreken
De vierde aanbeveling staat stil bij de routineuze screening: vinger aan de pols houden bij secundaire symptomen zoals absenteïsme, demotivatie, … De dienst Personeelszorg doet dit al door systematisch contact te houden met medewerkers die langer dan 30 dagen afwezig zijn. Maar op basis van deze aanbeveling zal het korps ook naast absenteïsme andere signalen trachten te detecteren die kunnen wijzen op de nood aan psychologische bijstand.
De laatste aanbeveling gaat over diagnostiek en begeleiding: gebruik van gestandaardiseerde meetinstrumenten en begeleiding. Diagnostiek gebeurt niet door de Dienst Personeelszorg. Diagnostiek gebeurt op verwijzing door de ervaren maatschappelijk assistenten van de dienst Personeelszorg door externe psycholoog.
Collega’s zoals u hoort ligt het welzijn van de politiemedewerkers ons nauw aan het hart en beschikt ons korps over een sterk uitgebouwde dienst Personeelszorg Bovendien gaat de korpsleiding aan het werk met de aanbevelingen uit het wetenschappelijk onderzoek.
wo 16/02/2022 - 09:28