Maatschappelijk groeit de consensus dat reclame voor gokkantoren beperkt moet worden, een voornemen waar verslavingsexperts al langer voor ijveren. Het initiatief van de Keizer Karel Cup, om dit jaar als de Betcenter Keizer Karel Cup naar buiten te komen, is dan ronduit verwonderlijk.
Sinds wanneer is de schepen op de hoogte van dit initiatief?
Welke regelgeving geldt er momenteel voor reclame van gokkantoren op openbare plaatsen en bij sportevenementen? Heeft de Stad handvaten om hiervan af te wijken?
zal de schepen initiatief nemen om in de toekomst reclame voor gokken aan dergelijke initiatieven onmogelijk te maken?
De huidige regels rond het maken van reclame voor kansspelen en weddenschappen zijn terug te vinden in de kansspelwet en diens uitvoeringsbesluiten.
De reclameverplichtingen van de aanbieders van kansspelen verschillen naargelang het type vergunning. Het type vergunning bepaalt steeds welke kansspelen je mag aanbieden en of je dit zowel online als offline mag doen.
Zo geldt er een algemeen verbod, voor elke betrokkene, om reclame te maken voor een kansspel of kansspelinrichting wanneer betrokkene weet dat het gaat om een exploitatie die niet is vergund. Vervolgens worden de regels specifieker naargelang het type vergunning. Zo zijn er momenteel duidelijke regels rond reclame die van toepassing zijn op het online aanbieden van weddenschappen, het aannemen van weddenschappen in fysieke wedkantoren en het aannemen van weddenschappen in dagbladhandels.
Om nog strenger op te treden tegen kansspelreclame en de nadelige gevolgen ervan, heeft minister van Justitie Vincent Van Quickenborne een ontwerp-KB opgesteld. Dit koninklijk besluit wordt momenteel voorgelegd aan de Europese Commissie met de bedoeling om nog voor het einde van dit jaar in werking te treden.
De filosofie waar dit KB vanuit gaat, is dat enkel personen die willen gokken en actief op zoek gaan naar informatie over kansspelen, in de toekomst nog geconfronteerd worden met gokreclame.
In zijn huidige vorm verbiedt het KB volgende vormen van gokreclame: reclamespots op televisie, radio en in bioscoopzalen; advertenties en video-advertising op websites; digitale kanalen en sociale mediaplatformen; advertenties in tijdschriften of kranten; reclameaffiches op openbare plaatsen; gepersonaliseerde reclame via mail, post, berichtendiensten, sms of sociale media; alle reclamedrukwerk en ook gratis demonstratiespelen om klanten te lokken.
Daarnaast is het ook de bedoeling om de sportsponsering door gokkantoren te beperken.
Op die manier wordt het aanbieden van reclame op openbare plaatsen en op sportevenementen voor weddenschappen een heel pak moeilijker (en in sommige gevallen zelfs verboden), wat momenteel in mindere mate het geval is.
De Stad beschikt op het gebied van reclame dus niet over mogelijkheden om een afwijkend beleid te voeren. Zoals blijkt uit mijn uitleg worden de regels bepaald door de federale wetgever en ligt de controle- en handhavingsbevoegdheid in eerste instantie bij de politie en de kansspelcommissie. De kansspelwet voorziet op dat gebied geen bijkomende bevoegdheden voor de lokale besturen.
Bovendien kan het beperken of verbieden van bepaalde vormen van reclame geïnterpreteerd worden als een ongeoorloofde poging om de morele openbare orde te handhaven. Vaste rechtspraak van de Raad van State bevestigt immers dat de bevoegdheid van de gemeente om de openbare orde te regelen uitsluitend beperkt is tot de materiële openbare orde, d.w.z. openbare rust, veiligheid en gezondheid, en in beginsel geen betrekking mag hebben op de morele openbare orde.
Voorlopig zie ik dus weinig mogelijkheden om op lokaal vlak op te treden tegen dergelijke initiatieven. Wel wachten we de verdere behandeling van het ontwerp-KB af en wat dit dan juist zal betekenen voor de sportsponsoring.
di 14/06/2022 - 08:34