De gemeenteraad heeft gedurende de laatste legislatuur het retributiereglement met betrekking tot werken aan nutsvoorzieningen op het gemeentelijk openbaar domein diverse malen gewijzigd.
De meeste belasting-, retributie- en tariefreglementen voorzien voor de hele legislatuur in een geleidelijke stijging van de tarieven aan een percentage van 1,7%, dit als voorafname op de inflatie. Gezien de sterk gestegen inflatie in vooral kalenderjaar 2022 zijn de tarieven niet meer in verhouding tot de uitgaven. Het bestuur gaf daarom de opdracht om de tarieven in de loop van 2023 met in totaal 6,9% te laten stijgen, gevolgd door een aanpassing van het jaarlijks percentage naar 2%. Daarmee worden de gestegen uitgaven gedeeltelijk gecompenseerd, zonder dat de volledige inflatie nochtans aan de burger moet worden doorgerekend.
Wat retributies met een enkel ondeelbaar jaartarief of maximumtarief betreft, kan deze stijging niet uitgevoerd worden op 1 juli 2023 zoals voor de andere tarieven voorzien. De (bijkomende) tariefstijging voorzien voor 2023 wordt meegenomen in de tariefaanpassing vanaf 2024.
De Dienst Wegen, Bruggen en Waterlopen, afdeling Innames Publieke Ruimte (IPR), is belast met de controle van/het toezicht op de uitvoering van dit reglement.
De meeropbrengst van deze tariefwijziging zal deel uitmaken van de budgetwijziging 2023.
Wijzigt de tarieftabel in artikel 3 van het retributiereglement op werken aan nutsvoorzieningen op het gemeentelijk openbaar domein als volgt:
De retributie bedraagt:
Tarief in euro | 2023 | 2024 | 2025 en volgende | |||
Eenheidstarief 1 | 1,35 | 1,40 | 1,40 | |||
Eenheidstarief 2 | 1,70 | 1,70 | 1,75 | |||
Eenheidstarief 3 | 2,00 | 2,05 | 2,10 | |||
Forfait kleine werken met toelating of goedkeuring op jaarbasis | 13493 | 13763 | 14039 |
De wijzigingen treden in werking op 1 juli 2023.
Neemt kennis van de gecoördineerde versie van het reglement 'retributie op werken aan nutsvoorzieningen op het gemeentelijke openbaar domein' zoals gevoegd in bijlage.