-
Via de pers raakte bekend dat op de avond van 29 augustus een jongerenbende (van naar schatting zo’n 15 personen) in het Spellekenspark in Sint-Amandsberg een 14-jarig meisje – dat daar met vriendinnen speelde – geïntimideerd en bedreigd heeft: ze dwongen haar haar telefoon af te geven en beroofden haar van haar fiets. Het meisje en haar ouders zijn vanzelfsprekend geschokt. Dergelijke feiten maken dat uiteraard ook andere ouders nu extra bezorgd zijn over de veiligheid van hun buitenshuis spelende kinderen. De politie onderzoekt de zaak.
Jongerenbendes waren eerder ook al actief in andere Gentse parken en publieke ruimtes. Recent was er bijvoorbeeld nog de ‘Bende van Wondelgem’.
Vandaar mijn vragen:
De feiten waar u naar verwijst, worden door de politie onderzocht. Gezien dit een lopend opsporingsonderzoek betreft, kan er hier niet verder over gecommuniceerd worden.
M.b.t. uw tweede deelvraag, omtrent de begeleiding, kan ik meegeven dat, zoals gebruikelijk, het aanbod slachtofferbejegening binnen de politiezone werd gedaan, naar het meisje en haar ouders. Slachtofferbejegening wordt voorzien voor de slachtoffers en getuigen die dat nodig achten.
Betreffende uw laatste deelvraag, wil ik eerst meegeven dat ik iedere vorm van geweld sterk veroordeel.
Straatgeweld, en dan meer bepaald straatgeweld gericht naar de jeugd, is een zaak van verschillende actoren in onze veiligheidsketen. Denk maar aan gemeenschapswachters, schoolspotters, politiemensen uit de verschillende diensten. We spelen met de verschillende actoren kort op de bal.
De jeugdinspecteurs bij onze PZ Gent nemen hier een belangrijke rol in. Door maximaal aanwezig te zijn in het straatbeeld hebben de jeugdinspecteurs een antennefunctie voor interne en externe diensten die met jeugdwerking en -welzijn bezig zijn. Ze zijn aanwezig op overlastgevoelige locaties. Ze gaan in dialoog met de jongeren. Daarnaast volgen ze, in de tweede lijn, gerechtelijke dossiers op waarin jongeren betrokken partij zijn en waar ze een meerwaarde kunnen betekenen om de problematiek op te lossen.
Het laakbaar fenomeen afpersing is een topprioriteit voor het team jeugdcrim van de lokale recherche. De rechercheurs zetten hier intensief op in, door gedreven onderzoek en regelmatig aanwezig te zijn op het terrein, op de momenten dat jongeren op straat zijn.
Er worden patrouilles voorzien, zowel geüniformeerd als in burger. Tijdens hun patrouilles in burger doen zij aan beeldvorming zodat er bij problemen daders snel kunnen geïdentificeerd worden, men kan ingrijpen en de jongeren gerechtelijk laten opvolgen. De vaststelling is vaak dat de samenstelling van de groep de dynamiek bepaalt. Vaak kan een negatieve groepsdynamiek volledig veranderen indien één of misschien twee jongeren intensief gerechtelijk opgevolgd worden.
Bij aanhoudende overlast worden de patrouilles geïntensifieerd, uitgevoerd door de wijkpolitie, het Overlastteam, de inzet van de hondenbrigade. Belangrijk om dan aanklampend te werken om de overlast in te dijken.
Nu indien er zich op een bepaald moment toch problemen zouden voor doen, roepen we op om de hulp in te schakelen van de politie of van omstaanders. Aan jongeren, maar ook passanten of toevallige voorbijgangers, vragen we om ook als getuige van zulke feiten, te reageren. Dit kan op verschillende manieren; door de daders direct aan te spreken, door het slachtoffer aan te spreken of door hulp van buitenaf er bij te roepen.
Politie is uiteraard één van de spelers. Daarnaast is er ook een essentiële rol weggelegd voor jeugdwerkers, scholen, en niet te vergeten ook de ouders. Bij verdachte minderjarigen worden bijvoorbeeld ook de ouders aangesproken op hun finale verantwoordelijkheid.
Het is finaal belangrijk dat iedereen zich overal veilig kan voelen in onze stad. Daarom dat we met verschillende actoren kort op de bal spelen, zowel preventief als repressief.
di 26/09/2023 - 09:53