Op 13 oktober 2022 heeft de Provincie Oost-Vlaanderen de omgevingsvergunning geweigerd voor het sociale woningbouwproject op de site van WZC De Libertyt. In haar arrest van 11 januari 2024 heeft de Raad voor Vergunningsbetwistingen het beroep van sogent en Stad Gent tegen deze weigering verworpen.
Uit de inspraakmomenten van december 2023 en januari van dit jaar blijkt duidelijk dat dit project leeft in Wondelgem. De terugkoppeling naar de buurt moet nog plaatsvinden. Buurtbewoners vragen zich af in welke mate met hun bezorgdheden rekening gehouden zal worden.
Ik had van de schepen graag een antwoord gekregen op volgende vragen:
1. Wat is de reactie van de schepen op het arrest van de Raad voor Vergunningsbetwistingen? Hoe gaat de stad hiermee om?
2. Welke lessen kunnen uit het arrest getrokken worden en hoe worden die lessen meegenomen?
3. Gaat de stad in cassatie tegen het arrest van de Raad voor Vergunningsbetwistingen?
We leven in een rechtsstaat. De Stad Gent zal het arrest van de Raad voor Vergunningsbetwisting dan ook respecteren.
Deels herbevestigt dit nieuwe arrest ook het zogenoemde Wasserij-arrest van 6 oktober 2022. Dat gaat over over de bevoegdheidverdeling bij het beoordelen van omgevingsvergunningen. Naar aanleiding van dat arrest heeft stad Gent in 2022 al verschillende maatregelen genomen. Ik heb u deze maatregelen op uw vraag in de commissie van 17 november 2022 ook uitvoerig toegelicht. Deze maatregelen zijn vandaag nog altijd van kracht en worden ook toegepast. De verkaveling aan de Liberteyt door sogent werd evenwel op 11 januari 2022 ingediend. Dat is ruim voor de uitspraken in het Wasserij-arrest. Hierdoor werd dit dossier ook kwetsbaar voor deze argumentatie. Wat in deze ook is gebleken.
Voor dit recente arrest van 11 januari zal stad Gent niet naar het Hof van Cassatie gaan. De bevoegdheidsdiscussie over het vergunnen, staat middels de de Wasserijsite al op de rol van het Hof. Een bijkomend dossier over dit thema biedt derhalve weinig meerwaarde.
Tot slot kan ik nog meegeven, dat het voor mij als schepen bevoegd voor Stedenbouw vanzelfsprekend is dat eventuele ruimtelijke onderzoeken en latere omgevingsvergunningen op deze site binnen de ruimtelijke structuurvisie van 'Ruimte voor Gent' moet passen.
vr 09/02/2024 - 13:43Op 25 januari jl. vond de jongste editie van de jaarlijkse Raveschotlezing plaats, de ‘feestelijke start van het archeologisch jaar’ in Gent. Volgens het aangekondigde programma zou een medewerker van de dienst stadsarcheologie ook deze keer en zoals gebruikelijk het openingswoord verzorgen.
Verschillende aanwezigen melden me echter dat – tot hun verbazing en in weerwil van het programma – er deze keer geen inleidende speech was vanwege de dienst stadsarcheologie. Traditioneel wordt daarin een nochtans een inhoudelijk jaaroverzicht gegeven, veelal ook met een kritische noot en een kwinkslag. Het onverwachte ontbreken hiervan werd als een gemis ervaren.
Vandaar mijn vraag: kan de schepen toelichten waarom het openingswoord met jaaroverzicht door de dienst stadsarcheologie niet doorging?
Voor ik op uw vraag antwoord, wil ik u wel meegeven dat de correcte naam van de organiserende dienst van de Raveschotlezing de “dienst Stadsarcheologie en Monumentenzorg” is. Bij deze jaarlijkse lezing is er inderdaad elk jaar een welkomwoordje vanuit deze dienst en daarna een kleine intro door de bevoegde schepen. Over dat laatste kan ik u alle achtergrondinformatie bezorgen. Om te weten hoe het met het welkomwoordje is verlopen, diende ik mij bij de dienst Stadsarcheologie en Monumentenzorg te bevragen. Dat is ook logisch, want operationele beslissingen en organisatie horen de administratie toe, en niet het politieke kader. Dat is met andere woorden een zaak voor ambtenaren, diensthoofden, afdelingshoofden en departementshoofden.
Naar ik heb vernomen was er inderdaad een welkomwoord voorbereid. De hiërarchie van de organisatie oordeelde, dat dit welkomwoordje evenwel veel verder ging dan een spreekwoordelijke ‘kwinkslag’. Het voorstel zou bovendien niet met de deontologische code van stad Gent hebben gestrookt. Als dat zo was, dan is dat heel erg betreurenswaardig, want van een ambtenaar wordt verwacht dat hij/zij zich schikt naar de deontologische code van zijn/haar ambt. Ter duiding citeer ik effen uit deze code: “Als je het niet eens bent met bepaalde beslissingen, maak dan je ongenoegen niet in het openbaar bekend. Bespreek dan met je leidinggevende hoe je hiermee om kan gaan.” Naar verluid is de inhoud ook binnen de organisatie besproken, maar zag de medewerker uiteindelijk af van de mogelijkheid om een speech te geven.
vr 09/02/2024 - 10:57/
Op 26 januari konden we in de pers het Recht van antwoord lezen van de eigenaars van het wandelbos Slotendries. De eigenaars schreven dit Recht van antwoord omdat men niet akkoord is met het publiceren van de details van het finale bod dat de stad hen gedaan heeft. Ze halen verder aan dat de berichtgeving in de media gebruikt wordt om hen onder druk te zetten.
Graag had ik hierover volgende vragen gesteld:
Het bos aan Slotendries is een van de belangrijkste groene longen in het noordoosten van Gent. De historiek is intussen genoegzaam bekend: sinds de jaren ‘70 was dit domein vrij toegankelijk via een overeenkomst tussen de eigenaars en ons, de stedelijke overheid, die in ruil voor de toegankelijkheid het onderhoud garandeerde. Juist omdat we het zo belangrijk vinden dat dit gebied altijd een groene bestemming zou hebben én toegankelijk zou blijven voor iedereen hebben we het opgenomen in ons RUP Groen én hebben we het opgenomen in het daarbij horende onteigeningsplan. Daarin zitten alleen de gebieden die we als Stad Gent absoluut zelf willen verwerven, omdat ze zo waardevol zijn en/of omdat we de toegankelijkheid absoluut wilden garanderen.
Als onderdeel van de onteigeningsprocedure volgen we altijd een uitgebreid traject van minnelijke onderhandelingen.
Deze werkwijze (eerst proberen tot minnelijk akkoord komen) vinden we zelf ontzettend belangrijk en ligt ook perfect in lijn met onze decretaal verplichte onderhandelingsplicht. Bovendien heeft het al veel resultaten opgeleverd. Op basis van de al gevoerde minnelijke gesprekken heeft de Stad intussen al 17 ha aankopen in der minne gerealiseerd, allemaal op basis van officiële schattingen door de door Stad Gent aangestelde schatter. En dit werk gaat door: ook nu zijn onze diensten bezig met het gestaag verder aankopen van gronden in der minne.
Enkel wanneer deze piste geen resultaat oplevert, gebruiken we de gerechtelijke onteigening als “ultimum remedium”. Aangezien we nu nog volop bezig zijn met verwervingen in der minne was de verwachting dat dergelijke procedures pas in 2025 of later nodig zouden zijn.
De ene uitzondering daarop tot nu toe is Slotendries, omdat de eigenaars hier vorig jaar beslist hebben het domein af te zetten met herashekkens. We willen dit bos zo snel als mogelijk weer toegankelijk maken voor iedereen – de vraag hiernaar is bijzonder groot – maar aangezien we niet tot een akkoord in der minne komen, rest ons jammer genoeg alleen de opstart van een gerechtelijke procedure – wat altijd deel uitmaakte van de voorziene procedure en we nu ook doen.
Over dit volledige proces werd ik de voorbije tijd al regelmatig bevraagd, door raadsleden van meerderheid en oppositie, en door de pers. Zo ook naar aanleiding van het laatste collegebesluit ter zake. Ik heb daarbij steeds een feitelijke stand van zaken enerzijds en de motivering van de stad anderzijds meegegeven, zonder details van vb het bod vrij te geven.
Om op uw laatste vraag te antwoorden: de minnelijke gesprekken zijn dus helaas zonder akkoord afgelopen. Dat betekent dat er geen rechtstreekse onderhandelingen meer zijn momenteel tussen onze diensten en de eigenaars. Het zal nu aan de rechtbank zijn om zich uit te spreken.
vr 09/02/2024 - 13:45