Het Decreet betreffende de omgevingsvergunning van 25 april 2014, artikel 107.
Het Decreet betreffende de omgevingsvergunning van 25 april 2014, artikels 5 en 6.
Het college van burgemeester en schepenen neemt akte en legt bijzondere voorwaarden op.
WAT GAAT AAN DEZE BESLISSING VOORAF?
ACLAGRO NV met als contactadres Industrieweg 74, 9032 Gent heeft een aanvraag (OMV_2024071173) ingediend bij het college van burgemeester en schepenen op 16 mei 2024.
De melding van de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit handelt over:
• Onderwerp: het exploiteren van een mobiele breekinstallatie + bijstelling
• Adres: Dok-Noord 3, 9000 Gent
• Kadastrale gegevens: afdeling 1 sectie A nrs. 2729/2 S2, 2735C2, 2735E2 en 2735D2
Volgend verslag werd uitgebracht door de gemeentelijk omgevingsambtenaar op 23 mei 2024.
OMSCHRIJVING MELDING
1. BESCHRIJVING VAN DE GEMELDE INRICHTING OF ACTIVITEIT
De melding omvat de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit van de derde klasse.
De melding heeft betrekking op het exploiteren van een mobiele breekinstallatie + bijstelling.
Volgende rubrieken worden gemeld:
Rubriek | Omschrijving | Hoeveelheid |
2.2.2.h) | opslag en nuttige toepassing van afvalstoffen afkomstig van één specifiek bouw- en sloopwerf of wegenwerk, waarbij: - minstens 50 % van de stoffen na behandeling nuttig worden aangewend op de plaats van ontstaan - de inrichting niet langer dan één jaar in exploitatie zal zijn - de inrichting zich op maximaal 1 000 m van het wegenwerk bevindt of ter plaatse (op het perceel zelf of op een aangrenzend perceel) van de bouw- en sloopwerf | Breken van puin: 5000 ton betonpuin (/ 2,2 = 2273 m³) en 1000 ton mengpuin (/ 1,8 = 556 m³) (asfalt /1,6). totaal 2828 m³ --> max 3000 m³ | klasse 3 | Nieuw | 3000 m³ |
6.5.1° | brandstofverdeelinstallaties voor motorvoertuigen met maximaal 2 verdeelslangen | 1 verdeelslang op de mobiele dieseltank | klasse 3 | Nieuw | 1 verdeelslang |
17.3.2.1.1.1°b) | ontvlambare vloeistoffen van gevarencategorie 3 : gasolie, diesel, lichte stookolie en gelijkaardige vloeistoffen met een vlampunt ≥ 55°C met een gezamenlijke opslagcapaciteit van 100 kg tot en met 20 ton | Dubbelwandige gecompartimenteerde tank van 2200 liter diesel (/0,85) = 2588 kg = 2,6 ton | klasse 3 | Nieuw | 2,6 ton |
17.4. | opslagplaatsen voor gevaarlijke vloeistoffen en vaste stoffen, met uitzondering van de opslagplaatsen, vermeld in rubriek 48, en producten, gekenmerkt door gevarenpictogram GHS01, in verpakkingen met een inhoudsvermogen van maximaal 30 liter of 30 kilogram, voor zover de maximale opslag begrepen is tussen 50 kg of 50 l en 5000 kg of 5000 l | Motorcontainer met lekbak met volgende vloeistoffen: max 100 liter smeerolie en max 100 liter hydraulische olie (in vaten van 25l) | klasse 3 | Nieuw | 200 liter |
Volgende bijstelling van de sectorale voorwaarden wordt aangevraagd:
Omschrijving:
Wij wensen een afwijking aan te vragen van de sectorale voorwaarden van VLAREM II inzake het aanplanten van een groenscherm van minstens 5 meter breedte (art. 5.2.1.5,§5), het omheinen van de inrichting met een stevige en voldoende ongeveer 2 meter hoge afsluiting (art. 5.2.1.5,§2) en de installatie en het gebruik van een geijkte weegbrug met automatische registratie (art. 5.2.1.2, §2).
Motivatie:
Gezien voorliggende milieuvergunningsaanvraag een tijdelijke exploitatie betreft (maximum 2 weken), kunnen wij geen groenscherm voorzien alsook een geijkte weegbrug.
Voorstel:
De werf wordt langs de ingang steeds afgesloten met HERAS-hekkens. Inwendig vernevelingsssyteem van de breker moet er voor zorgen dat stof niet overmatig verspreid wordt. De gebruikte wiellader beschikt over een geijkt en COPRO gecertificeerd weegsysteem.
2. HISTORIEK
Volgende vergunningen, meldingen en/of weigeringen zijn bekend:
Omgevingsvergunningen
* Op 10/02/2022 werd een weigering afgeleverd voor het exploiteren van een tijdelijke bemaling voor het uitvoeren van bouwkundige werken en het uitgraven van verontreinigde grond (OMV_2021174987).
* Op 17/02/2022 werd een voorwaardelijke vergunning afgeleverd voor het slopen van een fabrieksgebouw met bijhorende verhardingen en constructies (OMV_2021134376).
* Op 07/07/2022 werd een voorwaardelijke vergunning afgeleverd voor het exploiteren van een tijdelijke bemaling voor het uitvoeren van bouwkundige werken en het uitgraven van verontreinigde grond (OMV_2022043399).
* Op 25/08/2022 werd een aktename afgeleverd voor de exploitatie van een bouwwerf met mobiele puinbreker + bijstelling van de milieuvoorwaarden (OMV_2022108525).
* Op 20/07/2023 werd een voorwaardelijke vergunning afgeleverd voor het realiseren van een gemengd project bestaande uit 2 gebouwen (gebouw abc omvat 29 woningen, 69 appartementen en 3 kantoorruimtes, gebouw d omvat 4 woningen, 29 appartementen en 3 kantoren), de aanleg van een ondergrondse parkeergarage en omgevingsaanleg (private collectieve tuinzone, openbare groenzone en weginfrastructuur) en het exploiteren van een hoogspanningscabine en noodgeneratoren en het lozen van huishoudelijk afvalwater (OMV_2022032718).
Stedenbouwkundige vergunningen
* Op 10/08/1970 werd een vergunning afgeleverd voor het heroprichten van een door brand geteisterd atelier, mits wijziging van de bestaande voorgevel. (Litt. D-18-70)
* Op 14/08/1970 werd een vergunning afgeleverd voor het verbouwen van een vensterraam in de voorgevel tot toegangsdeur van een tentoonstellingszaal, volgens de aanduidingen van bijgaand plan en met uitsluiting van alle andere werken. (KW D-14-70)
* Op 19/04/1971 werd een vergunning afgeleverd voor het herbouwen van de door brand vernielde 3e bovenverdieping van het bureelgebouw. (Litt. D-4-71)
* Op 22/05/1973 werd een vergunning afgeleverd voor het slopen van een gedeelte van de fabrieksgebouwen binnen het complex (gebouw k). (KW D-9-73)
* Op 27/08/1973 werd een vergunning afgeleverd voor het oprichten van 2 industriegebouwen: a) hall "r" voor montage van electrische apparaten en b) hall "t" voor balanceren van onderdelen voor machines en aanbrengen van buitenwandbekleding aan bestaand gebouw. (Litt. S-23-73)
* Op 27/12/1973 werd een vergunning afgeleverd voor het oprichten van een electriciteitscabine 12 kv en een "testhouse" binnen het bedrijf. (Litt. D-11-73)
* Op 20/06/1989 werd een vergunning afgeleverd voor het uitbreiden van werkhuizen en het slopen van 2 gebouwen. (1989/248)
* Op 10/05/1994 werd een vergunning afgeleverd voor het slopen van een portierswoning. (1994/41)
* Op 28/11/1996 werd een vergunning afgeleverd voor het oprichten van een showroom en kantoren. (1996/549)
BEOORDELING MELDING
3. TOETSING AAN WETTELIJKE EN REGLEMENTAIRE VOORSCHRIFTEN
BEVOEGDHEID
De melding maakt geen deel uit van een vergunningsaanvraag waarvoor de Vlaamse overheid of de deputatie bevoegd is.
ONDERZOEK MELDINGSPLICHT, NIET-VERBODEN KARAKTER EN STEDENBOUWKUNDIGE INPLANTING
De gemelde exploitatie is louter en alleen in de derde klasse ingedeeld, de exploitatie ervan is dus meldingsplichtig.
Er wordt voldaan aan artikel 5.4.3, §3 van het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid betreffende verbods- en afstandsregels.
De gemelde exploitatie is niet verboden.
Het project ligt in het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan 'Afbakening grootstedelijk gebied Gent' (definitief vastgesteld door de Vlaamse Regering op 16 december 2005), maar niet in een gebied waarvoor er stedenbouwkundige voorschriften zijn bepaald.
Het project ligt in het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan 'ACEC' (Definitief vastgesteld door de Deputatie op 6 april 2006). De locatie is volgens dit RUP gelegen in gemengde zone en zone voor industrie.
De aanvraag is niet gelegen in een goedgekeurde, niet vervallen verkaveling.
De melding is in overeenstemming met de voorschriften.
CONCLUSIE
Het college van burgemeester en schepenen van Stad Gent is bevoegd voor de aktename.
De gemelde exploitatie is meldingsplichtig en niet verboden en de inplanting van de inrichting is in overeenstemming met de stedenbouwkundige voorschriften conform artikel 4.1.1.1 van Vlarem II.
4. OMGEVINGSTOETS
Algemeen
Voorliggende aanvraag heeft betrekking op het breken van beton- en mengpuin (max. 6.000 ton) vrijgekomen bij de afbraakwerken op de site van Dok-Noord 3. Het bouw- en sloopafval zal met behulp van een mobiele breekinstallatie verwerkt worden tot COPRO-gekeurde secundaire grondstof. Het breken zal 5 werkdagen in beslag nemen. De mobiele installatie zal maximum 2 weken operationeel zijn op de site van de afbraakwerken.
In het aanvraagdossier is volgende toetsing aan de voorwaarden van rubriek 2.2.2.h opgenomen:
- Afvalstoffen zijn afkomstig van één specifiek wegenwerk: Het te breken puin is enkel afkomstig van afbraakwerken op de site van Dok-Noord 3.
- Minstens 50% van de afvalstoffen worden na behandeling nuttig aangewend op de plaats van ontstaan: 100% van te breken puin zal ter plaatse nuttig toegepast worden als fundering voor de nieuwbouw.
- De inrichting is niet langer dan één jaar in exploitatie: de mobiele breekinstallatie zal ±2 weken in exploitatie zijn.
- De inrichting bevindt zich op maximaal 1.000m van het wegenwerk op een aangrenzend perceel: De mobiele breekinstallatie zal zich bevinden op het perceel zelf.
Beoordeling van de goede ruimtelijke ordening
In de aanvraag worden geen stedenbouwkundige handelingen aangevraagd. Er wordt dus aangenomen dat de aanvraag zich situeert binnen de afgeleverde omgevingsvergunningen (OMV_2021134376) en stedenbouwkundige vergunningen. Er mogen geen stedenbouwkundige handelingen gebeuren zonder vergunning. Dit wordt opgenomen als opmerking.
Milieuhygiënische en veiligheidsaspecten
Er dient voor deze activiteiten steeds voldaan te worden aan de algemene voorwaarden van Vlarem II en de sectorale voorwaarden die opgenomen zijn in subafdeling 5.2.2.4bis. van Vlarem II.
We willen de aandacht vestigen op volgende bepalingen en maatregelen.
Afval
Volgens het aanvraagdossier zal het ‘afval’ hoofdzakelijk bestaan uit beton en metselwerk. Het uitgesorteerde schroot wordt afzonderlijk opgeslagen in een container en afgevoerd naar een erkend verwerker.
Volgende afvalstoffen mogen conform Vlarem II niet verwerkt worden: teerhoudend asfalt, bouw- en sloopafval met asbest, gevaarlijke afvalstoffen. Er dient een afvalstoffenregister bijgehouden te worden.
Voor de aanvang van de mechanische behandeling van de afvalstoffen dienen volgende gegevens aan de dienst Toezicht (toezicht@stad.gent) overmaakt worden (artikel 5.2.2.4 bis 10 §1).
- de datum van aanvang en de duur van de periode dat de afvalstoffen mechanisch behandeld zullen worden;
- de afstand van de inrichting tot de specifieke bouw- en sloopwerf of het specifieke wegenwerk;
- de identificatiegegevens van de puinbreker, zoals vastgesteld in het kader van het Geografisch Informatiesysteem (GIS);
- een afschrift van het certificaat van de puinbreker die ingezet zal worden, afgeleverd door een geaccrediteerde keuringsinstelling in het kader van het VLAREA;
- een beschrijving van de bronsterkte (LW) van de puinbreker in dB(A);
- de afstand van de puinbreker tot de dichtstbijzijnde woning en stilte behoevende instelling.
Dit wordt als opmerking opgenomen.
Stof
De inrichting zal zich in de onmiddellijke omgeving van woningen en bedrijven bevinden.
De exploitant dient, conform Vlarem II, alle nodige maatregelen te treffen om stofhinder te voorkomen en te beperken. Er dient zo nodig gebruik gemaakt te worden van een sproei-installatie of sproeiwagen. Bij het transport van het breekafval dienen de nodige voorzieningen, zoals afdekken of bevochtigen, getroffen te worden om ladingverlies en stofverspreiding tegen te gaan.
Volgens het aanvraagdossier is de mobiele breekinstallatie voorzien van een inwendig vernevelingssysteem. Deze inwendige vernevelingsinstallatie zal continu in werking zijn tijdens de breekactiviteiten. Indien deze maatregel inzake stofhinder onvoldoende is, dient er een verplaatsbaar vernevelingskanon te worden voorzien dat zo wordt ingezet dat deze, naargelang de veranderende windrichting, de stofemissies neerslaat. De opslag van het gebroken puin wordt zoveel mogelijk beperkt door continue afvoer. Bij droog weer kan het puin handmatig nat gesproeid worden om stof te vermijden.
Om stofhinder (maar ook geluidshinder en trillingen) te vermijden dient ook de snelheid van de voertuigen beperkt te worden. Deze voorwaarden worden opgenomen als bijzondere voorwaarde.
Geluid
De inrichting zal zich in de onmiddellijke omgeving van woningen en bedrijven bevinden. Volgens informatie van de dienst Toezicht van de stad Gent is de buurt gevoelig voor geluidshinder.
De breekactiviteiten mogen niet langer duren dan vooropgestelde 5 werkdagen. De werkzaamheden zijn conform artikel 5.2.2.4bis.6 van Vlarem II verboden op weekdagen tussen 19 uur en 7 uur, en op zaterdagen, zondagen en feestdagen. De breekinstallatie dient zodanig gepositioneerd te worden dat de hinder (geluid, trillingen, stof) voor derden (omwonende) zo minimaal mogelijk is. Dit wordt opgenomen als bijzondere voorwaarde.
Het is zeer belangrijk om goed te communiceren naar de buurt:
Aan de toegangsweg dient op een vanaf de openbare weg goed zichtbare plaats een uithangbord geplaatst waarop duidelijk leesbaar de volgende vermeldingen zijn opgenomen:
1° “toegang verboden voor onbevoegden”
2° de aard van de inrichting
3° de naam, het adres en het telefoonnummer van de exploitant
4° de normale openingsuren
5° de datum van aanvang en beëindiging van de activiteiten
6° het adres en het telefoonnummer van de toezichthoudende overheid
7° bij brand of onheil: het telefoonnummer van de brandweer.
Dit wordt opgenomen als bijzondere voorwaarde.
Volgens het aanvraagdossier zal er gebruik gemaakt worden van een geluidsisolerende kast voor de stroomgroep en trillingsabsorbeerders op de breker om hinder te voorkomen.
Er dient te allen tijde voldaan te zijn aan de geluidsnormen vermeldt in artikel 5.2.2.4bis.9 van Vlarem II. Indien deze normen niet kunnen gehaald worden dienen er akoestische maatregelen te worden genomen rondom de breekinstallatie om het geluidsniveau zoveel mogelijk in te perken.
Een bijkomende maatregel kan bv. het aanbrengen van een geluidswerende wand rondom de installatie zijn. Dit wordt opgenomen als bijzondere voorwaarde.
Bodem- en grondwater
Om het risico op verontreiniging van de bodem en het grondwater te beperken, zal volgens de aanvraag, conform Vlarem II, gebruik gemaakt worden van een gekeurde, dubbelwandige tank met lekdetectie en lekbakken voor de opslag van gevaarlijke producten.
Het uitgesorteerde schroot wordt opgeslagen in een container.
Veiligheid
Volgens het aanvraagdossier zijn volgende veiligheidsmaatregelen voorzien:
- de breker zal bediend worden door ervaren onderaannemers die ook instaan voor regelmatig onderhoud.
- er zullen voor de verschillende activiteiten toolboxen en andere veiligheidsinstructies gegeven worden.
- er zal steeds een EHBO-hulpverlener (en EHBO-koffer) aanwezig zijn op de werf.
- ter brandpreventie zullen er 2 brandblussers ABC van 6 kg op de werf geplaatst worden.
- er is continu toezicht door werfleider of ploegbaas van Aclagro voorzien.
- de werf zal volledig afgesloten zijn voor onbevoegden.
- er zullen periodieke controles gebeuren op de werf door de preventieadviseur.
Bijstelling van voorwaarden
Er worden bijstellingen aangevraagd van de sectorale voorwaarden van Vlarem II inzake het aanplanten van een groenscherm van minstens 5 meter breedte (art. 5.2.1.5§5), het omheinen van de inrichting met een stevige en voldoende ongeveer 2 meter hoge afsluiting (art. 5.2.1.5§2) en de installatie en het gebruik van een geijkte weegbrug met automatische registratie (art. 5.2.1.2, §2).
De voorwaarden (art. 5.2.1.2, §2, art. 5.2.1.5§2 en art. 5.2.1.5§5) waarvoor een bijstelling wordt gevraagd zijn conform artikel 5.2.1.1 §6 van Vlarem II niet van toepassing op de inrichtingen, vermeld in de rubriek 2.2.2.h).
De gevraagde bijstellingen worden daarom zonder voorwerp verklaard.
WAAROM WORDT DEZE BESLISSING GENOMEN?
Het college van burgemeester en schepenen dient akte te nemen van de ingediende melding. Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij bovenstaand verslag van de gemeentelijk omgevingsambtenaar en neemt het tot haar eigen motivatie.
Uitvoerbaarheid
U mag het project uitvoeren of exploiteren vanaf de aanplakking van de meldingsakte.
Aanplakking
U moet de meldingsakte bekend maken door de aanplakking van een affiche op de plaats waar het voorwerp van de melding uitgevoerd zal worden conform artikel 139 BVR OVG.
De aanplakking gebeurt conform artikel 59 BVR OVG waarbij de vergunningsaanvrager gelezen moet worden als de persoon die de melding verricht. Het opschrift van de aan te plakken affiche luidt : 'BEKENDMAKING MELDINGSAKTE'.
Verval
De meldingsakte vervalt van rechtswege in elk van de volgende gevallen:
1° als de verwezenlijking van de gemelde stedenbouwkundige handelingen niet wordt gestart binnen de twee jaar na het verlenen van de meldingsakte;
2° als het uitvoeren van de gemelde stedenbouwkundige handelingen meer dan drie opeenvolgende jaren wordt onderbroken;
3° als de gemelde gebouwen niet winddicht zijn binnen drie jaar na de aanvang van de gemelde stedenbouwkundige handelingen;
4° als de exploitatie van de gemelde activiteit of inrichting niet binnen vijf jaar na het verlenen van de meldingsakte aanvangt.
De meldingsakte voor de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit vervalt van rechtswege in elk van de volgende gevallen:
1° als de exploitatie van de gemelde activiteit of inrichting meer dan vijf opeenvolgende jaren wordt onderbroken;
2° als de ingedeelde inrichting vernield is wegens brand of ontploffing veroorzaakt ten gevolge van de exploitatie;
3° als de exploitatie op vrijwillige basis volledig en definitief wordt stopgezet overeenkomstig de voorwaarden en de regels, vermeld in het decreet van 9 maart 2001 tot regeling van de vrijwillige, volledige en definitieve stopzetting van de productie van alle dierlijke mest, afkomstig van een of meerdere diersoorten, en de uitvoeringsbesluiten ervan.
Beroepsmogelijkheid
U kan tegen deze beslissing een verzoekschrift tot schorsing en/of vernietiging indienen bij de Raad voor Vergunningsbetwistingen op het volgende adres:
Raad voor Vergunningsbetwistingen
p/a Dienst van de Bestuursrechtscolleges
Koning Albert II-laan 35 bus 81
1030 Brussel
U doet dit op straffe van onontvankelijkheid per beveiligde zending (dit is per aangetekende brief of door neerlegging ter griffie) binnen een vervaltermijn van 45 dagen die ingaat de dag na de betekening van deze beslissing.
Het verzoekschrift wordt in vijfvoud ingediend, namelijk één origineel en vier afschriften (fotokopies of een digitale kopie). Gelijktijdig met de indiening van het verzoekschrift stuurt u een afschrift van het verzoekschrift ter informatie aan de verwerende partij (dit is de overheid die de beslissing genomen heeft).
U bent een rolrecht verschuldigd van:
- 200 euro bij het indienen van een verzoekschrift tot vernietiging;
- 100 euro bij het indienen van een verzoekschrift tot schorsing of tot schorsing wegens uiterst dringende noodzakelijkheid.
U betaalt het rolrecht binnen een termijn van 15 dagen, die ingaat de dag na deze van de betekening van het verzoek daartoe door de griffier van de Raad. Als het bedrag niet binnen de termijn van 15 dagen is gestort wordt het beroep niet-ontvankelijk verklaard.
Meer info
De procedure voor de Raad van Vergunningsbetwistingen wordt geregeld in
- het decreet van 4 april 2014 betreffende de organisatie en de rechtspleging van sommige Vlaamse bestuursrechtscolleges,
- het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning
- het besluit van de Vlaamse Regering van 16 mei 2014 houdende de rechtspleging voor sommige Vlaamse Bestuursrechtscolleges.
Meer info vindt u op de website van de Raad voor Vergunningsbetwistingen. (http://www.dbrc.be/vergunningsbetwistingen)
Mededeling
Deze gegevens kunnen worden opgeslagen in een of meer bestanden. Die bestanden kunnen zich bevinden bij de gemeente, waar u de aanvraag hebt ingediend, bij de provincie, en ook bij de Vlaamse administratie, bevoegd voor de omgevingsvergunning. Ze worden gebruikt voor de behandeling van uw dossier. Ze kunnen ook gebruikt worden voor het opmaken van statistieken en voor wetenschappelijke doeleinden. U hebt het recht om uw gegevens in deze bestanden in te kijken en zo nodig de verbetering ervan aan te vragen.
Het college van burgemeester en schepenen neemt akte van de melding ingediend door ACLAGRO nv (O.N.:0415256901) voor het exploiteren van een mobiele breekinstallatie + bijstelling, gelegen Dok-Noord 3, 9000 Gent, met inrichtingsnummer 20240516-0055, omvattende volgende rubrieken:
Rubriek | Conclusie | Omschrijving | Hoeveelheid |
2.2.2.h) | Aktename | opslag en nuttige toepassing van afvalstoffen afkomstig van één specifiek bouw- en sloopwerf of wegenwerk, waarbij: - minstens 50 % van de stoffen na behandeling nuttig worden aangewend op de plaats van ontstaan - de inrichting niet langer dan één jaar in exploitatie zal zijn - de inrichting zich op maximaal 1 000 m van het wegenwerk bevindt of ter plaatse (op het perceel zelf of op een aangrenzend perceel) van de bouw- en sloopwerf | Breken van puin: 5000 ton betonpuin (/ 2,2 = 2273 m³) en 1000 ton mengpuin (/ 1,8 = 556 m³) (asfalt /1,6). totaal 2828 m³ --> max 3000 m³ (Nieuw) | 3000 m³ |
6.5.1° | Aktename | brandstofverdeelinstallaties voor motorvoertuigen met maximaal 2 verdeelslangen | 1 verdeelslang op de mobiele dieseltank (Nieuw) | 1 verdeelslang |
17.3.2.1.1.1°b) | Aktename | ontvlambare vloeistoffen van gevarencategorie 3 : gasolie, diesel, lichte stookolie en gelijkaardige vloeistoffen met een vlampunt ≥ 55°C met een gezamenlijke opslagcapaciteit van 100 kg tot en met 20 ton | Dubbelwandige gecompartimenteerde tank van 2200 liter diesel (/0,85) = 2588 kg = 2,6 ton (Nieuw) | 2,6 ton |
17.4. | Aktename | opslagplaatsen voor gevaarlijke vloeistoffen en vaste stoffen, met uitzondering van de opslagplaatsen, vermeld in rubriek 48, en producten, gekenmerkt door gevarenpictogram GHS01, in verpakkingen met een inhoudsvermogen van maximaal 30 liter of 30 kilogram, voor zover de maximale opslag begrepen is tussen 50 kg of 50 l en 5000 kg of 5000 l | Motorcontainer met lekbak met volgende vloeistoffen: max 100 liter smeerolie en max 100 liter hydraulische olie (in vaten van 25l) (Nieuw) | 200 liter |
De aktename is afhankelijk van de strikte naleving van de volgende voorwaarden:
Bijzondere voorwaarden voor de ingedeelde inrichting of activiteit:
Geluidshinder
De breekactiviteiten mogen niet langer duren dan de vooropgestelde 5 werkdagen.
De werkzaamheden zijn conform artikel 5.2.2.4bis.6 van Vlarem II verboden op weekdagen tussen 19 uur en 7 uur, en op zaterdagen, zondagen en feestdagen.
De breekinstallatie dient zodanig gepositioneerd te worden dat de hinder (geluid, trillingen, stof) voor derden (omwonende) zo minimaal mogelijk is.
Het is zeer belangrijk om goed te communiceren naar de buurt:
Aan de toegangsweg dient op een vanaf de openbare weg goed zichtbare plaats een uithangbord geplaatst waarop duidelijk leesbaar de volgende vermeldingen zijn opgenomen:
* “toegang verboden voor onbevoegden”
* de aard van de inrichting
* de naam, het adres en het telefoonnummer van de exploitant
* de normale openingsuren
* de datum van aanvang en beëindiging van de activiteiten
* het adres en het telefoonnummer van de toezichthoudende overheid
* bij brand of onheil: het telefoonnummer van de brandweer.
Er dient te allen tijde voldaan te zijn aan de geluidsnormen vermeldt in artikel 5.2.2.4bis.9 van Vlarem II. Indien deze normen niet kunnen gehaald worden dienen er akoestische maatregelen te worden genomen rondom de breekinstallatie om het geluidsniveau zoveel mogelijk in te perken. Een bijkomende maatregel kan bv. het aanbrengen van een geluidswerende wand rondom de installatie zijn.
Stofhinder
Volgens het aanvraagdossier is er rechtstreekse beneveling op de mobiele breker. Deze inwendige vernevelingsinstallatie zal continu in werking zijn tijdens de breekactiviteiten. Indien deze maatregel inzake stofhinder onvoldoende is, dient er een verplaatsbaar vernevelingskanon te worden voorzien dat zo wordt ingezet dat deze, naargelang de veranderende windrichting, de stofemissies neerslaat.
Om stofhinder (maar ook geluidshinder en trillingen) te vermijden dient ook de snelheid van de voertuigen beperkt te worden.
Volgende sectorale voorwaarden wordt bijgesteld:
Ongegrond, niet rechtsgeldig: De voorwaarden (art. 5.2.1.2, §2, art. 5.2.1.5§2 en art. 5.2.1.5§5) waarvoor een bijstelling wordt gevraagd zijn conform artikel 5.2.1.1 §6 van Vlarem II niet van toepassing op de inrichtingen, vermeld in de rubriek 2.2.2.h).
De gevraagde bijstellingen worden daarom zonder voorwerp verklaard.
De algemene en sectorale milieuvoorwaarden van titel II van het VLAREM:
De integrale en geconsolideerde tekst van titel II van het VLAREM is raadpleegbaar op de Milieunavigator, via de link: https://navigator.emis.vito.be/
Bij wijziging van VLAREM wordt de exploitant geacht de meest actuele versie van de van toepassing zijnde bepalingen na te leven.
Wijst de aanvrager op volgende aandachtspunten:
Ruimtelijke ordening
Er mogen geen stedenbouwkundige handelingen gebeuren zonder vergunning.
Afval
Volgende afvalstoffen mogen conform Vlarem II niet verwerkt worden: teerhoudend asfalt, bouw- en sloopafval met asbest, gevaarlijke afvalstoffen. Er dient een afvalstoffenregister bijgehouden te worden.
Voor de aanvang van de mechanische behandeling van de afvalstoffen dienen volgende gegevens aan de dienst Toezicht (toezicht@stad.gent) overmaakt worden (artikel 5.2.2.4 bis 10 §1).
- de datum van aanvang en de duur van de periode dat de afvalstoffen mechanisch behandeld zullen worden;
- de afstand van de inrichting tot de specifieke bouw- en sloopwerf of het specifieke wegenwerk;
- de identificatiegegevens van de puinbreker, zoals vastgesteld in het kader van het Geografisch Informatiesysteem (GIS);
- een afschrift van het certificaat van de puinbreker die ingezet zal worden, afgeleverd door een geaccrediteerde keuringsinstelling in het kader van het VLAREA;
- een beschrijving van de bronsterkte (LW) van de puinbreker in dB(A);
- de afstand van de puinbreker tot de dichtstbijzijnde woning en stilte behoevende instelling.