Het Decreet betreffende de omgevingsvergunning van 25 april 2014, artikel 15.
Het Decreet betreffende de omgevingsvergunning van 25 april 2014, artikels 5 en 6.
Het college van burgemeester en schepenen weigert de aanvraag.
WAT GAAT AAN DEZE BESLISSING VOORAF?
BlowUP media Belgium BVBA met als contactadres Leopold de Waelplaats 6, 2000 Antwerpen heeft een aanvraag (OMV_2024032637) ingediend bij het college van burgemeester en schepenen op 6 maart 2024.
De aanvraag omgevingsvergunning met stedenbouwkundige handelingen handelt over:
• Onderwerp: het tijdelijk plaatsen van een reclamedragend steigerdoek
• Adres: Kortrijksesteenweg 1, 9000 Gent
• Kadastrale gegevens: afdeling 8 sectie H nr. 1N18
Het resultaat van het ontvankelijkheids- en volledigheidsonderzoek werd verzonden op 22 april 2024.
De aanvraag volgde de vereenvoudigde procedure.
Volgend verslag werd uitgebracht door de gemeentelijk omgevingsambtenaar op 4 juni 2024.
OMSCHRIJVING AANVRAAG
1. BESCHRIJVING VAN DE OMGEVING, DE PLAATS EN HET PROJECT
Het pand van de aanvraag is gelegen langsheen de stadsring op de hoek met de Kortrijksesteenweg. De omgeving wordt gekenmerkt door gesloten bebouwing, opgebouwd uit gemiddeld 3 bouwlagen. Veel panden in de nabijheid hebben een commerciële plint. Het pand van de aanvraag betreft een vergunde recazaak op het gelijkvloers en eerste verdieping. Het pand heeft een kadastrale oppervlakte van 155 m².
Het pand met adres te Kortrijksesteenweg 1, 9000 Gent is gelegen binnen een op het gewestplan ingekleurd woongebied met culturele, historische en/of esthetische waarde. Binnen deze gebieden wordt de wijziging van de bestaande toestand onderworpen aan bijzondere voorwaarden, gegrond op de wenselijkheid van behoud.
Het pand is vastgesteld op de inventaris van het bouwkundig erfgoed als ‘Hoekcomplex Rotonde en burgerhuis’ met ID 132888 en wordt als volgt beschreven: “Zogenaamd "Rotonde". Opvallend afgerond hoekcomplex met de Charles de Kerckhovelaan (nummer 2-4), volgens archiefstukken daterend van 1876 naar ontwerp van architect E. Neirynck (Brussel). Rijkelijk versierd neoclassicistisch bepleisterd parement, met drie bouwlagen sterk horizontaal geleed door arduinen puilijst met omlopende balkons en aflijnend klassiek hoofdgestel. Verticaal geritmeerd door geblokte pilasters waartussen verdiepte vensternissen. Zware festoenen onder het hoofdgestel. Fraaie smeedijzeren balkonhekken.”
Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen
Voorliggende aanvraag betreft het tijdelijk plaatsen van een reclamedragend (niet-zaakgebonden) steigerdoek. Dit wordt aangevraagd voor een periode van maximum 4 maanden conform de gegevens ingediend in het omgevingsloket. Er wordt opgemerkt dat in de beschrijvende nota sprake is van 3 maanden.
Het steigerdoek zal een ‘esthetisch en ethisch verantwoorde’ boodschap tonen. Echter is op heden nog onduidelijk over welke reclame dit exact zal zijn.
De zone waar de steigerdoek met reclame (niet-zaakgebonden) zal hangen is ter hoogte van de eerste verdieping. Op een hoogte van 4 m boven het maaiveld. Het doek zal een breedte hebben van 17 m en hoogte van 6 m.
Het steigerdoek zal aangelicht worden via 5 spots, ter hoogte van de kroonlijst van het gebouw. Het wordt verlicht van 7h-9h en van 17h-22h tijdens de wintermaanden.
Het steigerdoek wordt geplaatst in functie van niet vergunningsplichtige verbouwingswerken aan het pand.
2. HISTORIEK
Volgende vergunningen, meldingen en/of weigeringen zijn bekend:
Omgevingsvergunningen
* Op 19/01/2022 werd een melding wegens ongegrond/niet rechtsgeldig niet afgeleverd voor de exploitatie van een danscafé (renaissance club) met bijstelling van de exploitatie-uren na het verbouwen van een aantal woongelegenheden (OMV_2021157879).
* Op 24/02/2022 werd een melding wegens ongegrond/niet rechtsgeldig niet afgeleverd voor de exploitatie van een danscafé (renaissance club) met bijstelling van de exploitatie-uren na het verbouwen van het pand (OMV_2022007821).
* Op 24/03/2022 werd een aktename afgeleverd voor de exploitatie van een horeacazaak met dandsgelegenheid (renaissance club) na verbouwingswerken (OMV_2022029101).
* Op 12/04/2022 werd een melding wegens ongegrond/niet rechtsgeldig niet afgeleverd voor de verandering van de exploitatie (door uitbreiding) van een café met dansgelegenheid (renaissance club) (OMV_2022052217).
* Op 09/06/2022 werd een aktename afgeleverd voor de verandering van de exploitatie van een café met dansgelegenheid waar elektronisch versterkt muziek gespeeld wordt (OMV_2022055333).
Stedenbouwkundige vergunningen
* Op 12/07/1971 werd een vergunning afgeleverd voor het uitvoeren van binnenverbouwings- en aanpassingswerken op een gedeelte van de benedenverdieping. (KW K-16-71).
* Op 05/09/2002 werd een vergunning afgeleverd voor de verbouwing van een pand met een horecazaak en 3 woongelegenheden. (2002/40).
BEOORDELING AANVRAAG
3. EXTERNE ADVIEZEN
Volgend extern advies is gegeven:
Voorwaardelijk gunstig advies van AWV - District Gent Gewestwegen afgeleverd op 21 mei 2024 onder ref. AV/411/2024/00568 1:
GUNSTIG ADVIES ONDER VOORWAARDEN
1. Schending direct werkende normen
Conform artikel 4.3.3. VCRO moet de vergunning worden geweigerd of moeten er voorwaarden opgelegd worden in de vergunning indien uit het advies van het Agentschap Wegen en Verkeer blijkt dat het aangevraagde strijdig is met direct werkende normen binnen de beleidsvelden waarvoor het Agentschap bevoegd is.
“Indien uit de verplicht in te winnen adviezen blijkt dat het aangevraagde strijdig is met direct werkende normen binnen andere beleidsvelden dan de ruimtelijke ordening, of indien dergelijke strijdigheid manifest reeds uit het aanvraagdossier blijkt, wordt de vergunning geweigerd of worden in de aan de vergunning verbonden voorwaarden waarborgen opgenomen met betrekking tot de naleving van de sectorale regelgeving.”
In casu moeten er voorwaarden opgelegd worden, aangezien volgende direct werkende normen geschonden worden:
Schending van het BVR van 23 mei 2023 betreffende de vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening voor publiciteitsinrichtingen
Er is een schending van de algemene voorwaarden (Hfst 2) van de Publiciteitsverordening
Het is de bevoegdheid van het Agentschap om te zorgen voor een veilig en vlot verkeer. De verkeersveiligheid is dus een doelstelling van het Agentschap en behoort tot de zorgplichten van haar beleidsveld die met zorgvuldigheid nagestreefd moeten worden.
Publiciteitsinrichtingen langs de wegen hebben tot doel om de aandacht van de weggebruiker te trekken, waardoor deze afgeleid wordt. Hoe groot deze afleiding is en de impact ervan op de verkeersveiligheid, hangt af van de specifieke kenmerken van de publiciteitsinrichting en de locatie. Een negatieve impact op de verkeersveiligheid moeten vermeden worden. Elke aanvraag moet dus zorgvuldig getoetst worden.
Overeenkomstig het artikel 6 mogen publiciteitsinrichtingen inwendig of uitwendig verlicht worden als al de volgende volgende voorwaarden vervuld zijn:
1° de weggebruiker wordt niet verblind;
2° de helderheid van vrij programmeerbare inwendig verlichte publiciteitsinrichtingen is instelbaar en
past zich automatisch aan het omgevingslicht aan.
Schending van het BVR van 23 mei 2023 betreffende de vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening voor publiciteitsinrichtingen
Overeenkomstig art. 11 kunnen niet-zaakgebonden publiciteitsinrichtingen en publiciteitsboodschappen die voldoen aan de algemene voorwaarden, vermeld in hoofdstuk 2, enkel worden toegelaten als al de voorwaarden, vermeld in hoofdstuk 4, vervuld zijn. Dit is echter niet het geval.
Overeenkomstig artikel 13 §2 kunnen niet-zaakgebonden publiciteitsinrichtingen worden geïntegreerd in de afsluitingen en steigers van bouwplaatsen als al de volgende voorwaarden vervuld zijn:
* 1° de publiciteitsboodschap is niet herkenbaar vanaf een autosnelweg;
* 2° de plaatsing van de publiciteitsinrichting wordt beperkt tot een van de volgende perioden:
* a) voor de duur van de uitvoering van vergunde stedenbouwkundige handelingen, met
een maximum van drie jaar;
* b) zes maanden in geval van meldingsplichtige stedenbouwkundige handelingen waarvan akte is genomen;
* c) één maand in geval van handelingen die vrijgesteld zijn van de stedenbouwkundige vergunningsplicht.
De aangevraagde publiciteitsinrichting wordt aanzien als niet-zaakgebonden publiciteit en wordt geïntegreerd in een steiger van een bouwplaats.
BESLUIT:
Om deze redenen adviseert het Agentschap Wegen en Verkeer VOORWAARDELIJK GUNSTIG. De volgende voorwaarden dienen te worden opgelegd:
- Publiciteit bevestigd aan een stelling voor niet-vergunningsplichtige werken kan voor max 1 maand worden toegestaan.
Bij de uitvoering van de vergunning dient de aanvrager rekening te houden met de hierna omschreven aandachtspunten (zie bijlage omgevingsloket).
4. TOETSING AAN WETTELIJKE EN REGLEMENTAIRE VOORSCHRIFTEN
4.1. Ruimtelijke uitvoeringsplannen – plannen van aanleg
Het project ligt in woongebied met cultureel, historische en/of esthetische waarde volgens het gewestplan 'Gentse en Kanaalzone' (goedgekeurd op 14 september 1977).
De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. De gebieden en plaatsen van culturele, historische en/of esthetische waarde. In deze gebieden wordt de wijziging van de bestaande toestand onderworpen aan bijzondere voorwaarden, gegrond op de wenselijkheid van het behoud.
Het project ligt in het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan 'Afbakening grootstedelijk gebied Gent' (definitief vastgesteld door de Vlaamse Regering op 16 december 2005). De locatie is volgens dit RUP gelegen in Artikel 0: Afbakeningslijn grootstedelijk gebied Gent.
De aanvraag is in overeenstemming met de voorschriften.
4.2. Vergunde verkavelingen
De aanvraag is niet gelegen in een goedgekeurde, niet vervallen verkaveling.
4.3. Verordeningen
Algemeen Bouwreglement
De aanvraag werd getoetst aan de bepalingen van het Algemeen Bouwreglement, de stedenbouwkundige verordening van de Stad Gent, goedgekeurd door de deputatie bij besluit van 16 september 2004 en meest recent gewijzigd bij gemeenteraadsbesluit van 25 maart 2024, van kracht sinds 27 mei 2024.
Het ontwerp is in overeenstemming met dit algemeen bouwreglement.
Gewestelijke verordening hemelwater
De aanvraag werd getoetst aan de gewestelijke hemelwaterverordening 2023. (Besluit van de Vlaamse Regering van 10 februari 2023)
Zie waterparagraaf.
Gewestelijke verordening publiciteit
De aanvraag werd getoetst aan de bepalingen van de gewestelijke publiciteitsverordening. (Besluit van de Vlaamse Regering van 12 mei 2023)
Niet alle bepalingen met betrekking tot hoofdstuk 2 van de algemene verordening inzake publiciteit kan worden nagegaan.
4.4. Uitgeruste weg
Het bouwperceel is gelegen aan een voldoende uitgeruste gewestweg.
5. WATERPARAGRAAF
5.1. Ligging project
Het project ligt in een afstroomgebied in beheer van De Vlaamse Waterweg nv - Afd Regio West. Het project ligt niet in de nabije omgeving van de waterloop.
Volgens de kaarten bij het Watertoetsbesluit is het project:
- niet gelegen in een overstromingsgevoelig gebied voor zeeoverstroming.
- niet gelegen in een gebied gevoelig voor overstromingen vanuit een waterloop (fluviaal).
- gelegen in een gebied gevoelig voor overstromingen door intense neerslag (pluviaal). De overstromingskans is klein onder klimaatverandering.
- niet gelegen in een signaalgebied.
Het perceel is momenteel bebouwd.
5.2. Verenigbaarheid van het project met het watersysteem
Droogte
Het hemelwater dat neervalt moet op eigen terrein maximaal vastgehouden worden en niet afgevoerd. Om hier concreet uitvoering aan te geven werd het project aan de gewestelijke stedenbouwkundige verordening en het algemeen bouwreglement van de stad Gent inzake hemelwater getoetst.
Structuurkwaliteit en ruimte voor waterlopen
Het project heeft hierop geen betekenisvolle impact.
Overstromingen
Ernstiger overstromingen dan in het verleden zijn niet uit te sluiten en er kan geen sluitende garantie gegeven worden dat er zich op het perceel in de toekomst geen wateroverlast meer zal voordoen.
Waterkwaliteit
Het project heeft hierop geen betekenisvolle impact.
5.3. Conclusie
Er kan besloten worden dat voorliggende de watertoets doorstaat.
6. PROJECT-M.E.R.-SCREENING
De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004 (MER-besluit) en heeft geen betrekking op een activiteit die voorkomt op de lijst van bijlage III bij dit besluit. De opmaak van een milieueffectrapport of project-m.e.r.-screening is voor voorliggend project dan ook niet vereist.
7. BEKENDMAKING
De aanvraag volgt de vereenvoudigde procedure en moest dus niet aan een openbaar onderzoek worden onderworpen.
8. OMGEVINGSTOETS
Beoordeling van de goede ruimtelijke ordening
Het pand Kortrijksesteenweg 1, is gelegen op de hoek Stadsring – Kortrijksesteenweg. Door zijn prominente positie op de hoek binnen het CHE-gebied heeft dit gebouw een beeldbepalende waarde. Het kruispunt Kortrijksesteenweg-Charles de Kerckhovelaan fungeert als een soort inkomzone tot het historisch centrum. In het verleden stond op deze locatie de Percellepoort of Kortrijksepoort die deel uitmaakte van de tweede stadsomwalling. Later werd de stadsomwalling vervangen door de brede groene boulevard die tot vandaag zijn ruimtelijke kwaliteiten behield. Verder vormt dit hoekpand de aanzet van een twee zeer kwalitatieve gevelrijen in de Kortrijksesteenweg en de Charles De Kerckhovelaan. Tot slot heeft het pand zelf ook onmiskenbaar erfgoedwaarde, meer bepaald architecturale en historische waarde wat bevestigd worden in het besluit van de vaststelling op de inventaris van het bouwkundig erfgoed.
De aanvraag betreft een reclamedragend steigerdoek tijdens gevelwerken. We streven, vanuit bovenstaande erfgoedwaardering, naar een kwalitatief, rustig en evenwichtig gevelbeeld. Gezien de impact op het CHE-gebied, de sterk negatieve impact op de omgeving en op het pand zelf, strookt dit steigerdoek niet met deze ambitie en wordt daarom ongunstig geadviseerd. Het steigerdoek met reclame zal een te sterke negatieve impact hebben op de omgeving.
Ondanks de tijdelijke aard, zal de impact op het straatbeeld en erfgoed te hoog zijn, omwille van de grote afmetingen van de publiciteit (17mx6m). Dergelijke grote steigerdoek zal een negatieve impact hebben op het straatbeeld.
Dit wordt nog versterkt vanwege het feit dat het gaat om niet-zaakgebonden publiciteit. Dit draagt bij tot verrommeling van het landschap en straatbeeld.
Publiciteitsinrichtingen langs de wegen hebben tot doel om de aandacht van de weggebruiker te trekken, waardoor deze afgeleid wordt. Hoe groot deze afleiding is en de impact ervan op de verkeersveiligheid, hangt af van de specifieke kenmerken van de publiciteitsinrichting en de locatie. Een negatieve impact op de verkeersveiligheid moeten vermeden worden. Elke aanvraag moet dus zorgvuldig getoetst worden.
De niet-zaakgebonden publiciteit kan een afleidend effect hebben voor de weggebruikers, wat de verkeersveiligheid negatief beïnvloedt. De reclame wordt voorzien op een belangrijk en druk kruispunt. Op deze plaats komen veel verschillende weggebruikers samen (voetgangers, fietsers, autoverkeer, tram). Dergelijke grote afmetingen van dit steigerdoek kan afleidend werken en zorgen voor verkeersonveilige situaties.
Bovendien is het in de aanvraag niet duidelijk om welke exacte reclame het zal gaan. Het is bijgevolg moeilijk in te schatten of bijkomend de exacte invulling van de publiciteit voor nog meer afleiding zal zorgen.
Omwille van bovenstaande redenen wordt de aanvraag ongunstig geadviseerd.
CONCLUSIE
Ongunstig stedenbouwkundig advies omwille van geen goede ruimtelijke ordening. De impact op de erfgoedwaarden en het straatbeeld is te groot.
WAAROM WORDT DEZE BESLISSING GENOMEN?
Het college van burgemeester en schepenen moet over de ingediende omgevingsvergunningsaanvraag een beslissing nemen.
Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij bovenstaand verslag van de gemeentelijk omgevingsambtenaar en neemt het tot haar eigen motivatie.
Bekendmaking
De beslissing wordt bekendgemaakt conform Titel 3, Hoofdstuk 9, Afdeling 3 van het Omgevingsvergunningsbesluit.
Beroepsmogelijkheden – uittreksel uit het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning
Artikel 52. De Vlaamse Regering is bevoegd in laatste administratieve aanleg voor beroepen tegen uitdrukkelijke of stilzwijgende beslissingen van de deputatie in eerste administratieve aanleg.
De deputatie is voor haar ambtsgebied bevoegd in laatste administratieve aanleg voor beroepen tegen uitdrukkelijke of stilzwijgende beslissingen van het college van burgemeester en schepenen in eerste administratieve aanleg.
Artikel 53. Het beroep kan worden ingesteld door:
1° de vergunningsaanvrager, de vergunninghouder of de exploitant;
2° het betrokken publiek;
3° de leidend ambtenaar van de adviesinstanties of bij zijn afwezigheid zijn gemachtigde als de adviesinstantie tijdig advies heeft verstrekt of als aan hem ten onrechte niet om advies werd verzocht;
4° het college van burgemeester en schepenen als het tijdig advies heeft verstrekt of als het ten onrechte niet om advies werd verzocht;
5° de leidend ambtenaar van het Departement Leefmilieu, Natuur en Energie of bij zijn afwezigheid zijn gemachtigde;
6° de leidend ambtenaar van het Departement Ruimtelijke Ordening, Woonbeleid en Onroerend Erfgoed of bij zijn afwezigheid zijn gemachtigde.
Artikel 54. Het beroep wordt op straffe van onontvankelijkheid ingesteld binnen een termijn van dertig dagen die ingaat:
1° de dag na de datum van de betekening van de bestreden beslissing voor die personen of instanties aan wie de beslissing betekend wordt;
2° de dag na het verstrijken van de beslissingstermijn als de omgevingsvergunning in eerste administratieve aanleg stilzwijgend geweigerd wordt;
3° de dag na de eerste dag van de aanplakking van de bestreden beslissing in de overige gevallen.
Artikel 55. Het beroep schorst de uitvoering van de bestreden beslissing tot de dag na de datum van de betekening van de beslissing in laatste administratieve aanleg.
In afwijking van het eerste lid werkt het beroep niet schorsend ten aanzien van:
1° de vergunning voor de verdere exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit waarvoor ten minste twaalf maanden voor de einddatum van de omgevingsvergunning een vergunningsaanvraag is ingediend;
2° de vergunning voor de exploitatie na een proefperiode als vermeld in artikel 69;
3° de vergunning voor de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit die vergunningsplichtig is geworden door aanvulling of wijziging van de indelingslijst.
Artikel 56. Het beroep wordt op straffe van onontvankelijkheid per beveiligde zending ingesteld bij de bevoegde overheid, vermeld in artikel 52.
Degene die het beroep instelt, bezorgt op straffe van onontvankelijkheid gelijktijdig en per beveiligde zending een afschrift van het beroepschrift aan:
1° de vergunningsaanvrager behalve als hij zelf het beroep instelt;
2° de deputatie als die in eerste administratieve aanleg de beslissing heeft genomen;
3° het college van burgemeester en schepenen behalve als het zelf het beroep instelt.
De Vlaamse Regering bepaalt de bewijsstukken die bij het beroep moeten worden gevoegd opdat het op ontvankelijke wijze wordt ingesteld.
Artikel 57. De bevoegde overheid, vermeld in artikel 52, of de door haar gemachtigde ambtenaar onderzoekt het beroep op zijn ontvankelijkheid en volledigheid.
Als niet alle stukken als vermeld in artikel 56, derde lid, bij het beroep zijn gevoegd, kan de bevoegde overheid of de door haar gemachtigde ambtenaar de beroepsindiener per beveiligde zending vragen om binnen een termijn van veertien dagen die ingaat de dag na de verzending van het vervolledigingsverzoek, de ontbrekende gegevens of documenten aan het beroep toe te voegen.
Als de beroepsindiener nalaat de ontbrekende gegevens of documenten binnen de termijn, vermeld in het tweede lid, aan het beroep toe te voegen, wordt het beroep als onvolledig beschouwd.
Beroepsmogelijkheden – regeling van het besluit van de Vlaamse Regering decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning
Het beroepschrift bevat op straffe van onontvankelijkheid:
1° de naam, de hoedanigheid en het adres van de beroepsindiener;
2° de identificatie van de bestreden beslissing en van het onroerend goed, de inrichting of exploitatie die het voorwerp uitmaakt van die beslissing;
3° als het beroep wordt ingesteld door een lid van het betrokken publiek:
een omschrijving van de gevolgen die hij ingevolge de bestreden beslissing ondervindt of waarschijnlijk ondervindt;
b) het belang dat hij heeft bij de besluitvorming over de afgifte of bijstelling van een omgevingsvergunning of van vergunningsvoorwaarden;
4° de redenen waarom het beroep wordt ingesteld.
Het beroepsdossier bevat de volgende bewijsstukken:
1° in voorkomend geval, een bewijs van betaling van de dossiertaks;
2° de overtuigingsstukken die de beroepsindiener nodig acht;
3° in voorkomend geval, een inventaris van de overtuigingsstukken, vermeld in punt 2°.
Als de bewijsstukken, vermeld in het tweede lid, ontbreken, kan hieraan verholpen worden overeenkomstig artikel 57, tweede lid, van het decreet van 25 april 2014.
Het beroepsdossier wordt ingediend met een analoge of een digitale zending.
Het bevoegde bestuur kan bij de beroepsindiener, de vergunningsaanvrager of de overheid die in eerste administratieve aanleg bevoegd is, alle beschikbare informatie en documenten opvragen die nuttig zijn voor het dossier.
De beroepsindiener geeft, op straffe van verval, uitdrukkelijk in zijn beroepschrift aan of hij gehoord wil worden.
Als de vergunningsaanvrager gehoord wil worden, brengt hij het bevoegde bestuur daarvan uitdrukkelijk op de hoogte met een beveiligde zending uiterlijk vijftien dagen nadat hij een afschrift van het beroepschrift als vermeld in artikel 56 van het decreet van 25 april 2014, heeft ontvangen, op voorwaarde dat hij niet de beroepsindiener is.
Mededeling
Deze gegevens kunnen worden opgeslagen in een of meer bestanden. Die bestanden kunnen zich bevinden bij de gemeente, waar u de aanvraag hebt ingediend, bij de provincie, en ook bij de Vlaamse administratie, bevoegd voor de omgevingsvergunning. Ze worden gebruikt voor de behandeling van uw dossier. Ze kunnen ook gebruikt worden voor het opmaken van statistieken en voor wetenschappelijke doeleinden. U hebt het recht om uw gegevens in deze bestanden in te kijken en zo nodig de verbetering ervan aan te vragen.
Het college van burgemeester en schepenen weigert de omgevingsvergunning voor het tijdelijk plaatsen van een reclamedragend steigerdoek aan blowUP media Belgium bvba (O.N.:0544450211) gelegen te Kortrijksesteenweg 1, 9000 Gent.