Het Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, artikel 56.
Het Decreet betreffende de omgevingsvergunning van 25 april 2014, artikels 24 en 42.
Het Decreet betreffende de omgevingsvergunning van 25 april 2014, artikels 5 en 6.
Het college van burgemeester en schepenen geeft gunstig advies.
WAT GAAT AAN DEZE BESLISSING VOORAF?
GHENT HANDLING AND DISTRIBUTION NV met als contactadres Skaldenstraat 102, 9042 Gent heeft een aanvraag (OMV_2023098683) ingediend bij de deputatie op 31 oktober 2023.
De aanvraag omgevingsvergunning van de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit handelt over:
• Onderwerp: het veranderen van een magazijnencomplex (IIOA)
• Adres: Mai Zetterlingstraat 10 en 70, 9042 Gent
• Kadastrale gegevens: afdeling 13 sectie B nrs. 16Z4, 16A5, 16S3, 16A4, 16B2, 16F5, 16D5, 16W4, 16C5, 16X5, 16E5, 16W6, 16V6, 16X6, 16B7, 16A7, 16S6, 16Y6 en 16M6
Het resultaat van het ontvankelijkheids- en volledigheidsonderzoek werd verzonden op 22 januari 2024.
De deputatie heeft het college van burgemeester en schepenen om advies gevraagd op 22 januari 2024.
De aanvraag volgde de vereenvoudigde procedure.
Volgend verslag werd uitgebracht door de gemeentelijk omgevingsambtenaar op 29 januari 2024.
OMSCHRIJVING AANVRAAG
1. BESCHRIJVING VAN DE OMGEVING, DE PLAATS EN HET PROJECT
Het betreft het veranderen van een magazijnencomplex (IIOA).
Volgende rubrieken worden aangevraagd:
Rubriek | Omschrijving | Hoeveelheid |
6.5.1° | brandstofverdeelinstallaties voor motorvoertuigen met maximaal 2 verdeelslangen | een tankinstallatie aan een dieseltank met 1 verdeelslang | klasse 3 | Nieuw | 1 verdeelslang |
17.3.2.1.1.1°b) | ontvlambare vloeistoffen van gevarencategorie 3 : gasolie, diesel, lichte stookolie en gelijkaardige vloeistoffen met een vlampunt ≥ 55°C met een gezamenlijke opslagcapaciteit van 100 kg tot en met 20 ton | Het plaatsen van een tank van 400 liter voor de bevoorrading van enkele voertuigen | klasse 3 | Nieuw | 0,4 ton |
Volgende rubrieken zijn ongewijzigd:
3.4.1°a) | De lozing van maximum 0,9 m³/uur, 9 m³/dag en 1.200 m³/jaar bedrijfsafvalwater op oppervlaktewater. | 0,9 m³/uur
3.6.1. | De lozing van maximum 7.333 m³/jaar huishoudelijk afvalwater via IBA’s op oppervlaktewater. | 7333 m³/jaar
3.6.3.1°a) | De lozing van maximum 2 m³/uur, 5 m³/dag en 60 m³/jaar bedrijfsafvalwater via een filterinstallatie. | 2 m³/uur
6.4.3° | De maximale opslag van 19.501.040 kg diverse brandbare vloeistoffen in verplaatsbare recipiënten. | 19501040 liter
12.1.1.1°a) | Een noodgroep van 120 kW of 150 kVA (magazijn 14) en een noodgroep van 155 kW of 193,75 kVA (magazijn 27); totaal: 171,875 kVA (= 50 % van 343,75 kVA). | 171,875 kVA
12.2.2° | 4 transformatoren met een nominaal, individueel vermogen van respectievelijk 3x 1.600 kVA en 2.000 kVA. | 6800 kVA
15.1.2° | Stelplaatsen voor 221 voertuigen, andere dan personenwagens. | 221 voertuigen
16.3.2°b) | Diverse compressoren (319,28 kW), airconditioningsinstallaties (172,35 kW) en koelinstallaties (500 kW, 680 kW, 793 kW en 378 kW) met een totale geïnstalleerde drijfkracht van 2.842,63 kW. | 2842,63 kW
16.4.1° | Een tankplaats voor heftrucks. | 1 tankplaats
17.1.2.2.2° | Een LPG-tank met een waterinhoud van 7.000 liter. | 7000 liter
17.3.2.1.2.2° | De maximale opslag van 200 ton diverse overige ontvlambare stoffen van gevarencategorie 3 (GHS02) in verplaatsbare recipiënten. | 200 ton
17.3.2.2.3°b) | De maximale opslag van 200 ton diverse ontvlambare stoffen van gevarencategorie 1 en 2 (GHS02) in verplaatsbare recipiënten | 200 ton
17.3.2.3.3° | De maximale opslag van 200 ton diverse overige brandgevaarlijke stoffen (GHS02) in verplaatsbare recipiënten. | 200 ton
17.3.3.2°a) | De maximale opslag van 40 ton diverse oxiderende vloeistoffen en vaste stoffen (GHS03) in verplaatsbare recipiënten. | 40 ton
17.3.4.3° | De maximale opslag van 1.690 ton diverse bijtende vloeistoffen en vaste stoffen (GHS05) in verplaatsbare recipiënten. | 1690 ton
17.3.6.3° | De maximale opslag van 1.690 ton diverse schadelijke vloeistoffen en vaste stoffen (GHS07) in verplaatsbare recipiënte | 1690 ton
17.3.7.3° | De maximale opslag van 1.690 ton diverse op lange termijn gezondheids-gevaarlijke vloeistoffen en vaste stoffen (GHS08) in verplaatsbare recipiënten. | 1690 ton
17.3.8.2° | De maximale opslag van 200 ton diverse voor het aquatisch milieu gevaarlijke stoffen (GHS09) in verplaatsbare recipiënten. | 200 ton
17.4. | De maximale opslag van 5.000 liter diverse gevaarlijke stoffen in kleine verpakkingen | 5000 liter
19.6.1°c) | De maximale opslag van 70.000 m³ houten paletten en kisten in magazijnen. | 70000 m³
19.6.1°d) | De maximale opslag van 2.000 m³ houten paletten en kisten onder luifels. | 2000 m³
21.3. | De maximale opslag van 8.000 ton diverse pigmenten. | 8000 ton
23.3.1°c) | De maximale opslag van 170.500 ton kunststoffen in magazijnen en onder luifels. | 170500 ton
29.5.3.1°a) | Diverse metaalbewerkingstoestellen met een totaal vermogen van 100 kW. | 100 kW
31.1.1°a) | 4 dieselgroepen met een totaal nominaal thermisch ingangsvermogen van 305 kW (50% van 115 kW, 120 kW, 155 kW en 225 kW) | 305 kW
33.4.1°c) | De maximale opslag van 3.000 ton verpakkingsmateriaal en 16.000 ton papier en karton; totaal: 19.000 ton. | 19000 ton
36.4.1° | De maximale opslag van 13.490 ton rubber. | 13400 ton
41.5. | De maximale opslag van 13.170 ton textiel en textielwaren. | 13170 ton
43.1.3° | Diverse stookinstallaties met een totaal vermogen van 9.625,3 kW. | 9625,3 kW
48.1.2. | Een doorvoeropslagplaats voor andere dan IMDG-goederen. | 1 doorvoeropslagplaats
Volgende rubrieken zijn niet meer van toepassing:
12.2.1° | 11 transformatoren met een nominaal, individueel vermogen van respectievelijk 250 kVA, 400 kVA, 630 kVA 2x 800 kVA en 6x 1.000 kVA. | 8880 kVA
12.3.2° | Diverse batterijladers met een totaal vermogen van 800 kVA. | 800 kVA
2. HISTORIEK
De vergunningverlenende overheid staat in voor de historiek van de inrichting.
BEOORDELING AANVRAAG
3. EXTERNE ADVIEZEN
Wettelijk verplichte externe adviezen worden opgevraagd door de vergunningverlenende overheid.
4. TOETSING AAN WETTELIJKE EN REGLEMENTAIRE VOORSCHRIFTEN
4.1. Ruimtelijke uitvoeringsplannen – plannen van aanleg
Het project ligt in gebied voor zeehaven- en watergebonden bedrijven en gebied voor zeehaven- en watergebonden bedrijven volgens het gewestplan 'Gentse en Kanaalzone' (goedgekeurd op 28 oktober 1998).
Dit gebied is uitsluitend bestemd voor zeehaven- en watergebonden bedrijven, distributiebedrijven, logistieke bedrijven en opslag- en overslaginrichtingen evenals toeleveringsbedrijven en synergiebedrijven van de watergebonden bedrijven en de bestaande gevestigde productiebedrijven. In dit gebied worden ook de volgende dienstverlenende bedrijven toegelaten, voor zover zij complementair zijn met de voornoemde bedrijven: bankagentschappen, benzinestations en collectieve restaurants ten behoeve van de in de zone gevestigde bedrijven.
Er wordt een bufferzone aangelegd aan de grens met de omliggende gebieden. In deze bufferzone worden geen handelingen en werken toegelaten die afbreuk doen aan de bufferfunctie, of aan de bestemming en/of de ruimtelijke kwaliteiten van het aangrenzend gebied. Het gebied en de bufferzone die het omvat, kunnen slechts worden gerealiseerd en beheerd door de overheid.
Het project ligt in het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan 'Afbakening Zeehavengebied Gent - Inrichting R4-oost en R4-west' (definitief vastgesteld door de Vlaamse Regering op 15 juli 2005), maar niet in een gebied waarvoor er stedenbouwkundige voorschriften zijn bepaald.
De aanvraag is in overeenstemming met de voorschriften.
4.2. Vergunde verkavelingen
De aanvraag is niet gelegen in een goedgekeurde, niet vervallen verkaveling.
5. BEKENDMAKING
De aanvraag volgt de vereenvoudigde procedure en moest dus niet aan een openbaar onderzoek worden onderworpen.
6. OMGEVINGSTOETS
Beoordeling van de goede ruimtelijke ordening
De aanvraag gaat niet gepaard met stedenbouwkundige handelingen. Er zijn bijgevolg geen opmerkingen.
Milieuhygiënische en veiligheidsaspecten
Er wordt geen advies gegeven over de milieuhygiënische en veiligheidsaspecten van de aangevraagde ingedeelde inrichtingen.
CONCLUSIE
De gevraagde omgevingsvergunning is stedenbouwkundig en planologisch verenigbaar met de onmiddellijke omgeving, bijgevolg is het verslag gunstig.
Er wordt geen advies gegeven over de milieuhygiënische en veiligheidsaspecten van de aangevraagde ingedeelde inrichtingen.
De aanvraag wordt beslist door de deputatie (art. 15 van het omgevingsvergunningsdecreet van 25 april 2014).
WAAROM WORDT DEZE BESLISSING GENOMEN?
Het college van burgemeester en schepenen moet advies uitbrengen bij de deputatie over omgevingsvergunningsaanvragen die door de deputatie worden behandeld (klasse 1 inrichtingen en/of provinciale projecten).
Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij bovenstaand verslag van de gemeentelijk omgevingsambtenaar en neemt het tot haar eigen motivatie.
Niet van toepassing.
Het college van burgemeester en schepenen brengt gunstig advies uit over de omgevingsaanvraag voor het veranderen van een magazijnencomplex (IIOA) van GHENT HANDLING AND DISTRIBUTION nv, gelegen te Mai Zetterlingstraat 10 en 70, 9042 Gent.
Er worden geen aandachtspunten meegegeven.