2024_CBS_01167 - OMV_2023086442 K - dossier in beroep - aanvraag omgevingsvergunning voor het verbouwen van een eengezinswoning naar een hotel met 4 kamers - Graslei, 9000 Gent - Ongunstig advies

Het Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, artikel 56.

Het Decreet betreffende de omgevingsvergunning van 25 april 2014, artikel 59 en 60.

Het Decreet betreffende de omgevingsvergunning van 25 april 2014, artikels 5 en 6.

Het college van burgemeester en schepenen geeft ongunstig advies

WAT GAAT AAN DEZE BESLISSING VOORAF?

GRASLEI 15 BV met als contactadres Graslei 15, 9000 Gent heeft een aanvraag (OMV_2023086442) ingediend bij het college van burgemeester en schepenen op 11 juli 2023.

De aanvraag werd op 16 november 2023 in eerste aanleg door college van burgemeester en schepenen weigering.

Tegen de beslissing van het college van burgemeester en schepenen werd in beroep gegaan door  aanvrager, persoon. Op 15 januari 2024 werd het beroep volledig en ontvankelijk verklaard.

De aanvraag omgevingsvergunning met stedenbouwkundige handelingen handelt over:

• Onderwerp: het verbouwen van een eengezinswoning naar een hotel met 4 kamers

• Adres: Graslei 15, 9000 Gent

• Kadastrale gegevens: afdeling 3 sectie C nr. 80E 

De deputatie heeft het college van burgemeester en schepenen om advies gevraagd op 15 januari 2024.

ADVIES

Overeenkomstig artikel 34 van het Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015  tot uitvoering van het omgevingsvergunningen-decreet bevat het advies van het college van burgemeester en schepenen, minstens volgende gegevens:

1° de stedenbouwkundige voorschriften die van toepassing zijn op de percelen waarop de vergunningsaanvraag betrekking heeft;

2° de beschrijving van de bestemming die aan de omgeving in een straal van 500 meter rond het project is gegeven conform de plannen van aanleg en de ruimtelijke uitvoeringsplannen;

3° een gemotiveerde beoordeling van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening;

4° in voorkomend geval, een gemotiveerde beoordeling van de aanvaardbaarheid van de ingedeelde inrichting of activiteit op het vlak van hinder en risico's voor de mens en het milieu;

5° in voorkomend geval, de voorwaarden die het college nuttig acht;

6° in voorkomend geval, een gemotiveerde beoordeling van de standpunten, opmerkingen en bezwaren die zijn ingediend tijdens het openbaar onderzoek.

Deze gegevens zijn reeds opgenomen in de collegebeslissing van 16 november 2023 in eerste aanleg. Deze beslissing is bijgevoegd als bijlage en maakt integraal deel uit van het huidige advies.

In het beroepschrift staan volgende elementen:

1+2/ Aanvraag is conform het bouwreglement, artikel 11 septische put.

1+3/ Aanvraag is conform het bouwreglement, artikel 13 hemelwaterput.

4/ Verwijderen van plaatsing jacuzzi.

5/ Argumentatie functiewijziging naar hotel.

6/ Geen schending van erfgoedwaarden, advies Agentschap Onroerend Erfgoed

7/ Geen schending van erfgoedwaarden, advies brandweer, compartimentering bar

8/ Geen schending van erfgoedwaarden, advies brandweer, brandwerend deur tussen kamer 3 en de liftsas

Aangezien in het beroepschrift nieuwe argumenten worden toegevoegd, voegt het huidige advies volgende aanvullingen toe op de argumentatie in de collegebeslissing in eerste aanleg die in het huidige advies integraal bevestigd en hernomen wordt:

1+2/ Aanvraag is conform het bouwreglement, artikel 11 septische put.

Er wordt in beroep aangehaald dat een nieuwe septische put zou moeten geplaatst worden. Dit is niet wat in de beslissing eerste aanleg genoteerd staat bij de toetsing van artikel 11 van het bouwreglement. Er moet geen nieuwe septische put voorzien worden, er moet wél aangesloten worden op de septische put die aanwezig zou moeten zijn cfr. het dossier 2014/415.

1+3/ Aanvraag is conform het bouwreglement, artikel 13 hemelwaterput.

De Stad heeft de argumentatie in beroep gelezen mbt de hemelwaterput maar leest hierin geen bijkomende argumenten. De Stad verwijst daarom opnieuw naar haar motivatie in eerste aanleg.

4/ Verwijderen van plaatsing jacuzzi.

Er wordt aangegeven dat er geen jacuzzi meer voorzien wordt. Het toevoegen van een exploitatieluik is in die zin ook niet meer vereist.

5/ Argumentatie functiewijziging naar hotel.

De Stad heeft de argumentatie in beroep gelezen mbt de 'functiewijziging naar hotel' maar leest hierin geen bijkomende argumenten. De Stad verwijst daarom opnieuw naar haar motivatie in eerste aanleg.

De Stad benadrukt hierbij dat haar motivatie uitgebreid gebeurde en niet zomaar een verwijzing bevat naar de visienota ‘handhaving vakantiewoningen en informele logies’. De beoordeling van de aanvraag gebeurde met inachtneming van de algemene beginselen inzake goede ruimtelijke ordening cfr. artikel 4.3.1 §2 1°.

6/ Geen schending van erfgoedwaarden, advies Agentschap Onroerend Erfgoed

Er wordt in beroep aangehaald dat de Stad zelf kan oordelen over de conformiteit met de voorwaarden in het advies van het Agentschap Onroerend erfgoed (AOE), ongeacht het advies van de brandweer aangepaste plannen vereist. De beroepsindiener geeft aan dat het advies van AOE immers gunstig is. De Stad geeft hierbij het volgende mee:

• Het advies van AOE is niet gunstig maar voorwaardelijk gunstig.
• De toetsing aan de direct werkende normen van de regelgeving Onroerend Erfgoed is geen bevoegdheid van de Stad.

7/ Geen schending van erfgoedwaarden, advies brandweer, compartimentering bar

In beroep wordt aangehaald dat de brandweer er onterecht van uitgaat dat de bar toegankelijk is voor derden of niet-hotelgasten. De Stad volgt blijvend het advies van de brandweer welke hun deskundige toets aan de brandweerwetgeving omvat.

8/ Geen schending van erfgoedwaarden, advies brandweer, brandwerend deur tussen kamer 3 en de liftsas

Een afdruk van het aangepast plan met positie van de deur wordt toegevoegd in het beroep. De Stad geeft hierbij het volgende mee:

• In beroep wordt enkel een afdruk van een aangepast plan toegevoegd maar geen nieuwe PIV met een nieuw verordenend plan. Er werd ook geen aangepaste erfgoednota (addendum B33) toegevoegd, noodzakelijk om te kunnen oordelen of de nieuwe wand correct op het bestaande plafond aansluit, zonder de erfgoedwaarden aan te tasten (o.m. zichtbare roosteringen).
• De toetsing van de aanpassing aan de brandweerwetgeving, is de verantwoordelijkheid van de brandweer.
• De toetsing van de aanpassing aan de direct werkende normen van de regelgeving Onroerend Erfgoed, is de verantwoordelijkheid van het Agentschap Onroerend Erfgoed

CONCLUSIE 

Huidig advies herneemt integraal de inhoud en de motieven van de collegebeslissing in eerste aanleg, met dien verstande dat op de nieuwe argumenten in het beroepschrift aanvullend advies is gegeven in dit advies.

WAAROM WORDT DEZE BESLISSING GENOMEN?

Het college van burgemeester en schepenen moet advies uitbrengen bij de deputatie over de omgevingsvergunningsaanvraag in beroep die bij de college van burgemeester en schepenen werd ingediend.

Niet van toepassing.