Het Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, artikel 56.
Het Decreet betreffende de omgevingsvergunning van 25 april 2014, artikel 107.
Het Decreet betreffende de omgevingsvergunning van 25 april 2014, artikels 5 en 6.
Het college van burgemeester en schepenen neemt akte en legt bijzondere voorwaarden op.
WAT GAAT AAN DEZE BESLISSING VOORAF?
CARROSSERIE BENNY DEPUYDT BV met als contactadres Zeeschipstraat 155, 9000 Gent heeft een aanvraag (OMV_2024024931) ingediend bij het college van burgemeester en schepenen op 20 maart 2024.
De melding van de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit handelt over:
• Onderwerp: het exploiteren van een carrosseriebedrijf
• Adres: Zeeschipstraat 155, 9000 Gent
• Kadastrale gegevens: afdeling 13 sectie S nr. 492F2
Volgend verslag werd uitgebracht door de gemeentelijk omgevingsambtenaar op 28 maart 2024.
OMSCHRIJVING MELDING
1. BESCHRIJVING VAN DE GEMELDE INRICHTING OF ACTIVITEIT
De melding omvat de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit van de derde klasse.
De melding heeft betrekking op het exploiteren van een carrosseriebedrijf.
Het betreft een bestaande inrichting die vroeger uitgebaat werd door Benny Depuydt (nr 7283).
Het bedrijf zal verder geëxploiteerd worden door Carrosserie Depuydt bv en wordt als een nieuwe melding klasse 3 aangevraagd, waarbij een aantal actualisaties worden doorgevoerd.
De ingedeelde inrichtingen of activiteiten hebben betrekking op:
- werkplaats met 10 hefbruggen
- opslag olie in tanks, bidons, vaten
- opslag gasolie en propaan in houder
- opslag producten met gevraarsymbool in kleine verpakkingen
- wasplaats (overdekt) en lozen bedrijfsafvalwater (wasplaats)
- 2 spuitcabines
- branders spuitcabine en stookinstallaties
- 2 compressoren
Volgende rubrieken worden gemeld:
Rubriek | Omschrijving | Hoeveelheid |
3.4.1°a) | lozen (zonder behandeling in een afvalwaterzuiveringsinstallatie) van bedrijfsafvalwater dat geen gevaarlijke stoffen (lijst 2C, VLAREM I) bevat in concentraties hoger dan de geldende indelingscriteria (tot en met 2 m³/u) | lozen van max. 0,1 m³/uur - 0,8 m³/dag - 208 m³/jaar bedrijfsafvalwater via een kws-afscheider in de openbare riolering | klasse 3 | Nieuw | 0,1 m³/uur |
4.3.b)1°i) | inrichtingen waarin bedekkingsmiddelen worden aangebracht met een maximaal gehalte aan vluchtige organische stoffen, zoals conform de EG-richtlijn 2004/42/EG, bepaald in bijlage 2A en 2B van het koninklijk besluit van 7 oktober 2005 inzake de reductie van het gehalte aan vluchtige organische stoffen in bepaalde verven en vernissen en in producten voor het overspuiten van voertuigen (voetnoot zie achteraan bijlage 1), met een geïnstalleerde totale drijfkracht van: 5 kW tot en met 60 kW, als de inrichting volledig is gelegen in een industriegebied | 2 spuitcabines van resp. 15 kW en 22 kW | klasse 3 | Nieuw | 37 kW |
6.4.1° | opslagplaatsen voor brandbare vloeistoffen met een totale opslagcapaciteit van 200 l tot en met 50.000 l | opslag van 2650 liter olie: 250 liter in vaten of bidons, 2 bovengrondse dubbelwandige houders voor de opslag van resp. 1200 l afvalolie en 1200 l motorolie | klasse 3 | Nieuw | 2650 liter |
15.2. | herstellen van motorvoertuigen (+ carrosseriewerkzaamheden) anders dan vermeld in rubriek 15.3 | herstelwerkplaats voor motorvoertuigen met 10 hefbruggen | klasse 3 | Nieuw | 1 herstelwerkplaats |
15.4.2°a) | niet-huishoudelijke inrichtingen voor het wassen van voertuigen en hun aanhangwagens, volledig of gedeeltelijk gelegen in een ander gebied dan het industriegebied waarin minder dan 10 motorvoertuigen en hun aanhangwagens per dag worden gewassen | wasplaats waar max. 8 voertuigen per dag worden gewassen | klasse 3 | Nieuw | 8 motorvoertuigen en hun aanhangwagens/dag |
15.6.1° | stallen van geaccidenteerde voertuigen (maximaal 25 voertuigen) | overdekt stallen van max. 15 ton geaccidenteerde voertuigen | klasse 3 | Nieuw | 15 ton |
16.3.2°a) | koelinstallaties, luchtcompressoren, warmtepompen en airconditioningsinstallaties (van 5 kW tot en met 200 kW) | 2 compressoren van resp. 11 kW en 7,5 kW | klasse 3 | Nieuw | 18,5 kW |
17.1.2.2.1° | opslagplaatsen voor gevaarlijke gassen in vaste reservoirs, met een gezamenlijk waterinhoudsvermogen tot en met 3000 liter | 2 bovengrondse houders voor de opslag van resp. 1000 l en 1750 l propaan | klasse 3 | Nieuw | 2750 liter |
17.3.2.1.1.1°b) | ontvlambare vloeistoffen van gevarencategorie 3 : gasolie, diesel, lichte stookolie en gelijkaardige vloeistoffen met een vlampunt ≥ 55°C met een gezamenlijke opslagcapaciteit van 100 kg tot en met 20 ton | bovengrondse dubbelwandige houder voor de opslag van 5000 l stookolie | klasse 3 | Nieuw | 4,25 ton |
17.4. | opslagplaatsen voor gevaarlijke vloeistoffen en vaste stoffen, met uitzondering van de opslagplaatsen, vermeld in rubriek 48, en producten, gekenmerkt door gevarenpictogram GHS01, in verpakkingen met een inhoudsvermogen van maximaal 30 liter of 30 kilogram, voor zover de maximale opslag begrepen is tussen 50 kg of 50 l en 5000 kg of 5000 l | opslag van max. 750 l diverse gevaarlijke producten in kleine verpakkingen | klasse 3 | Nieuw | 750 liter |
43.1.1°a) | stookinstallaties volledig gelegen in industriegebied én gestookt met vloeibare brandstoffen, aardgas of vloeibaar gemaakt gas (van 300 kW tot en met 2 000 kW) | 4 stookinstallaties van resp. 300 kW, 450 kW, 12 kW en 87 kW | klasse 3 | Nieuw | 849 kW |
2. HISTORIEK
Volgende vergunningen, meldingen en/of weigeringen zijn bekend:
- Op 04/03/1999 werd door het college van burgemeester en schepenen een vergunning afgeleverd voor het veranderen van het carrosseriebedrijf door uitbreiding (vergroten in opslagcapaciteit en in vermogen). (7283/E/1)
- Op 21/01/2010 werd door het college van burgemeester en schepenen akte genomen voor omzetting naar een standaardgarage (indienen situeringsplan). (7283/E/2)
- Op 04/02/2010 werd door het college van burgemeester en schepenen een vergunning afgeleverd voor het veranderen (door uitbreiding) van de standaardgarage. (7283/E/3)
BEOORDELING MELDING
3. TOETSING AAN WETTELIJKE EN REGLEMENTAIRE VOORSCHRIFTEN
BEVOEGDHEID
De melding maakt geen deel uit van een vergunningsaanvraag waarvoor de Vlaamse overheid of de deputatie bevoegd is.
ONDERZOEK MELDINGSPLICHT, NIET-VERBODEN KARAKTER EN STEDENBOUWKUNDIGE INPLANTING
De gemelde exploitatie is louter en alleen in de derde klasse ingedeeld, de exploitatie ervan is dus meldingsplichtig.
Er wordt voldaan aan artikel 5.4.3, §3 van het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid betreffende verbods- en afstandsregels.
De gemelde exploitatie is niet verboden.
Het project ligt in industriegebied volgens het gewestplan 'Gentse en Kanaalzone' (goedgekeurd op 14 september 1977).
Het project ligt in het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan 'Afbakening grootstedelijk gebied Gent' (definitief vastgesteld door de Vlaamse Regering op 16 december 2005), maar niet in een gebied waarvoor er stedenbouwkundige voorschriften zijn bepaald.
De aanvraag is niet gelegen in een goedgekeurde, niet vervallen verkaveling.
De melding is in overeenstemming met de voorschriften.
CONCLUSIE
Het college van burgemeester en schepenen van Stad Gent is bevoegd voor de aktename.
De gemelde exploitatie is meldingsplichtig en niet verboden en de inplanting van de inrichting is in overeenstemming met de stedenbouwkundige voorschriften conform artikel 4.1.1.1 van Vlarem II.
4. OMGEVINGSTOETS
Milieuhygiënische en veiligheidsaspecten
aspect afval
Er worden een aantal bedrijfseigen afvalstoffen selectief ingezameld, in afwachting van ophaling door een erkend verwerker (afvalolie, oliehoudend afval, batterijen, ijzerafval, PMD, papier & karton, restafval).
Het is verplicht om een afvalstoffenregister bij te houden. Dit wordt opgenomen als opmerking.
aspect afvalwater
De inrichting ligt in niet gerioleerd gebied volgens het zoneringsplan van Stad Gent. Echter ligt er in de Zeeschipstraat ter hoogte van het perceel riolering (Aqf-collector).
Huishoudelijk afvalwater
Het huishoudelijk afvalwater afkomstig van het sanitair is niet in te delen. Er werken een 8-tal medewerkers op de inrichting. Het debiet wordt geschat op max. 120 m³/jaar (8x15 m³/medewerker/jaar).
Bedrijfsafvalwater
De werkplaats wordt droog gereinigd.
Het bedrijfsafvalwater (rubriek 3.4.1.a) is afkomstig van de overdekte wasplaats voor het wassen van personenwagens.
De wagens worden handmatig gewassen met een tuinslang.
Het gemiddeld waterverbruik per wasbeurt bedraagt max. 100 l. Per dag wordt er max. 8 voertuigen gewassen, per week worden er max. 40 voertuigen gewassen (max. 2080 voertuigen op jaarbasis).
Per uur wordt er max. 1 voertuig gewassen. Dit resulteert in volgende debieten:
- 0,1 m³/uur
- 0,8 m³/dag
- 208 m³/jaar
Het bedrijfsafvalwater van de wasplaats wordt geloosd via een KWS-afscheider en controleput op de riolering van de Zeeschipstraat.
De KWS-afscheider wordt regelmatig gecontroleerd en gereinigd.
Een ledigingsattest is toegevoegd in het dossier.
De controle van de KWS-afscheider dient om de 3 maanden te gebeuren en een logboek dient hiervan bijgehouden. Dit wordt als opmerking opgenomen.
aspect hemelwater
Volgens het dossier wordt het hemelwater opgevangen in 2 putten van 15 000 liter en kan het hergebruikt worden (bv. wassen auto's).
Het is niet duidelijk of het water ook effectief gebruikt wordt in de inrichting.
Als bijzondere voorwaarde wordt opgenomen dat het hemelwater maximaal dient hergebruikt worden voor laagwaardige toepassingen (sanitair, wassen van auto’s, ….).
aspect bodem en grondwater
Volgens het dossier is
- de volledige werkplaats voorzien van een vloeistofdichte vloer.
- de opslag van gevaarlijke producten in kleine verpakkingen boven een opvangvoorzieningen of in een ingekuipte vloeistofdichte ruimte voorzien.
- de opslag van olie of bidons in een lekbak voorzien.
- absorberend materiaal aanwezig om eventuele morsvloeistoffen onmiddellijk op te ruimen.
Een keuringsbewijs van de bovengrondse houder van 1200 l motorolie en bovengrondse dubbelwandige houders (5000 l gasolie en 1200 l afvalolie) zijn in het dossier toegevoegd.
Als permanent lekdetectiesysteem voor de bovengrondse dubbelwandige houders is een kijkglas opgenomen. De houders kunnen gebruik blijven op voorwaarde dat de exploitant beschikt over een procedure voor zijn periodieke controles op lekken via het kijkglas. Deze procedure omvat een omschrijving van de controle, de frequentie van controle, en de registratie van alle uitgevoerde controles in een logboek. Het logboek wordt ter inzage voorgelegd bij de periodieke onderzoeken uitgevoerd door de erkend milieudeskundige, bevoegd deskundige of de erkende stookolietechnicus. Dit wordt als bijzonder voorwaarde opgenomen.
Geaccidenteerde voertuigen (die vloeistoffen zouden kunnen lekken) worden
- enkel binnen gestald boven een vloeistofdichte vloer
- de vloer is voorzien van een rooster dat is aangesloten op een KWS-afscheider in geval er lekken zouden zijn.
- beperkt in aantal en indien aanwezig worden vloeistoffen zo snel mogelijk afgelaten en opgevangen.
De stalplaats voor geaccidenteerde voertuigen is volgens het dossier aangesloten op de KWS-afscheider. Het is niet duidelijk of er ook een slibvangput aanwezig is conform artikel 5.15.0.7 van Vlarem II. Dit wordt als opmerking opgenomen
Er worden rubrieken aangevraagd die aangeduid zijn met een vlarebocode.
Conform het decreet van 27 oktober 2006 betreffende de bodemsanering en de bodembescherming (Bodemdecreet) en het besluit van de Vlaamse Regering van 14 december 2007 betreffende de bodemsanering en de bodembescherming (VLAREBO) is een oriënterend onderzoek verplicht om de 20 jaar en bij overdracht, sluiting en faillissement. Dit wordt opgenomen als opmerking.
aspect geluid
Volgens het dossier is de geluidshinder beperkt:
- De inrichting is gelegen in industriegebied langsheen de N456. Het omgevingsgeluid wordt hoofzakelijk hierdoor bepaald.
- Er wordt niet gewerkt voor 7u en na 19u. Er wordt enkel gewerkt op weekdagen.
- Er wordt met gesloten deuren en poorten gewerkt.
- Er wordt vermeden dat voertuigen stationair blijven draaien.
Het betreft de melding van een inrichting die al geruime tijd in exploitatie is. Er zijn geen klachten met betrekking tot geluidshinder afkomstig van de inrichting gekend.
Er wordt geen geluidshinder verwacht van de verdere exploitatie van de inrichting.
aspect lucht
In de inrichting zijn er 2 spuitcabines aanwezig die een mogelijke bron van geuremissies.
In het dossier wordt aangegeven dat:
- Er watergedragen verven gebruikt worden.
- Er plafondfilters, voorfilters en paintstopfilters voorzien zijn, en dat de filters regelmatig vervangen worden.
- De branders van de spuitcabine worden regelmatig onderhouden door een gespecialiseerde firma.
- De stookinstallaties 2 jaarlijks aan een onderhoud onderworpen.
Er worden 4 stookinstallaties van resp. 300 kW, 450 kW, 12 kW en 87 kW aangevraagd.
Periodieke emissiemetingen zijn verplicht voor elk toestel met een vermogen vanaf 300 kW én indien de installatie meer dan 100 bedrijfsuren per jaar in bedrijf is (artikel 5.43.2.2. van Vlarem II). Als bijzondere wordt opgenomen dat binnen een termijn van 3 maanden dient aangetoond worden dat de stookinstallaties minder dan 100 bedrijfsuren per jaar in dienst zijn of emissiemetingen van de 2 stookinstallaties (300 kW en 450 kW) dienen opgevraagd en opgestuurd naar de dienst Toezicht (toezicht@stad.gent) van stad Gent met vermelding van het dossiernummer.
aspect mobiliteit
Op vlak van mobiliteit wijzigt rubriek 15.4.2 a waarbij in de wasplaats nu max 8 voertuigen per dag worden gewassen in plaats van 5 voertuigen per dag.
De inrichting is gelegen langsheen de N456 en is vlot bereikbaar.
De mobiliteit gelinkt aan de inrichting wordt bepaald door klanten die aankomen en vertrekken en door een beperkt aantal leveringen.
Dagelijks komen er een 15-tal bezoekers langs. Dagelijks vinden er een 3-tal leveringen plaats.
Er is parking en manoeuvreerruimte voorzien op de eigen bedrijfssite.
De volledige parkeerbehoefte van de inrichting moet op het eigen terrein wordt opgevangen. Het openbaar domein mag op geen enkele manier hierdoor hinder ondervinden. Dit wordt als bijzondere voorwaarde opgenomen.
aspect veiligheid
Volgens het dossier
- heerst er in de inrichting een algemeen rook- en vuurverbod.
- zijn er voldoende blusmiddelen aanwezig en worden deze via een onderhoudscontract jaarlijks nagekeken
- wordt de elektrische installatie periodiek aan een keuring onderworpen
- staan de tanks op meer dan 3 m van de perceelsgrens en is de ondergrond van de tanks voldoende draagkrachtig.
Een keuringsattest van de tanks, elektriciteitsinstallatie en het drukvat (500 l, 11 bar) van de compressor werd bij het dossier toegevoegd.
Op de inrichting zijn er 2 bovengrondse houders (1000 l en 1750 l) voor de opslag van propaan. Deze tanks dienen te voldoen aan de scheidingsafstanden volgens bijlage 5.17.1 van Vlarem II en een attest van goedkeuring door milieudeskundige in de discipline houders voor gassen of gevaarlijke stoffen moet kunnen voorgelegd. Deze info zit niet in het dossier.
Als bijzondere voorwaarde wordt opgenomen dat deze informatie binnen de 3 maanden na aktename dient aangeleverd worden aan de dienst Toezicht (toezicht@stad.gent) van stad Gent met vermelding van het dossiernummer.
aspect energie
Er wordt zoveel mogelijk gebruik gemaakt van ledverlichting.
Toestellen en verlichting worden uitgeschakeld wanneer niet meer noodzakelijk.
Het bedrijf komt in aanmerking voor energiecoaching van de stad Gent. De energiecoach geeft professioneel advies op maat voor zowel renovaties, nieuwbouw of voor een algemene verlaging van het energieverbruik binnen het bedrijf.
Contact en meer info: Energiecoaching@stad.gent of 09 268 23 00 of http://www.stad.gent/energiecoaching. Dit wordt opgenomen als opmerking.
Stedenbouwkundige aspecten
In de aanvraag worden geen stedenbouwkundige handelingen aangevraagd. Er wordt dus aangenomen dat de aanvraag zich situeert binnen de afgeleverde stedenbouwkundige vergunningen. Er mogen geen stedenbouwkundige handelingen gebeuren zonder vergunning.
CONCLUSIE
Het gevraagde project is milieuhygiënisch, stedenbouwkundig en planologisch verenigbaar met de onmiddellijke omgeving.
De gevraagde melding wordt geakteerd.
Volgende rubrieken worden geakteerd:
Rubriek | Omschrijving | Hoeveelheid |
3.4.1°a) | lozen (zonder behandeling in een afvalwaterzuiveringsinstallatie) van bedrijfsafvalwater dat geen gevaarlijke stoffen (lijst 2C, VLAREM I) bevat in concentraties hoger dan de geldende indelingscriteria (tot en met 2 m³/u) | lozen van max. 0,1 m³/uur - 0,8 m³/dag - 208 m³/jaar bedrijfsafvalwater via een kws-afscheider in de openbare riolering | Nieuw | 0,1 m³/uur |
4.3.b)1°i) | inrichtingen waarin bedekkingsmiddelen worden aangebracht met een maximaal gehalte aan vluchtige organische stoffen, zoals conform de EG-richtlijn 2004/42/EG, bepaald in bijlage 2A en 2B van het koninklijk besluit van 7 oktober 2005 inzake de reductie van het gehalte aan vluchtige organische stoffen in bepaalde verven en vernissen en in producten voor het overspuiten van voertuigen (voetnoot zie achteraan bijlage 1), met een geïnstalleerde totale drijfkracht van: 5 kW tot en met 60 kW, als de inrichting volledig is gelegen in een industriegebied | 2 spuitcabines van resp. 15 kW en 22 kW | Nieuw | 37 kW |
6.4.1° | opslagplaatsen voor brandbare vloeistoffen met een totale opslagcapaciteit van 200 l tot en met 50.000 l | opslag van 2650 liter olie: 250 liter in vaten of bidons, 2 bovengrondse dubbelwandige houders voor de opslag van resp. 1200 l afvalolie en 1200 l motorolie | Nieuw | 2650 liter |
15.2. | herstellen van motorvoertuigen (+ carrosseriewerkzaamheden) anders dan vermeld in rubriek 15.3 | herstelwerkplaats voor motorvoertuigen met 10 hefbruggen | Nieuw | 1 herstelwerkplaats |
15.4.2°a) | niet-huishoudelijke inrichtingen voor het wassen van voertuigen en hun aanhangwagens, volledig of gedeeltelijk gelegen in een ander gebied dan het industriegebied waarin minder dan 10 motorvoertuigen en hun aanhangwagens per dag worden gewassen | wasplaats waar max. 8 voertuigen per dag worden gewassen | Nieuw | 8 motorvoertuigen en hun aanhangwagens/dag |
15.6.1° | stallen van geaccidenteerde voertuigen (maximaal 25 voertuigen) | overdekt stallen van max. 15 ton geaccidenteerde voertuigen | Nieuw | 15 ton |
16.3.2°a) | koelinstallaties, luchtcompressoren, warmtepompen en airconditioningsinstallaties (van 5 kW tot en met 200 kW) | 2 compressoren van resp. 11 kW en 7,5 kW | Nieuw | 18,5 kW |
17.1.2.2.1° | opslagplaatsen voor gevaarlijke gassen in vaste reservoirs, met een gezamenlijk waterinhoudsvermogen tot en met 3000 liter | 2 bovengrondse houders voor de opslag van resp. 1000 l en 1750 l propaan | Nieuw | 2750 liter |
17.3.2.1.1.1°b) | ontvlambare vloeistoffen van gevarencategorie 3 : gasolie, diesel, lichte stookolie en gelijkaardige vloeistoffen met een vlampunt ≥ 55°C met een gezamenlijke opslagcapaciteit van 100 kg tot en met 20 ton | bovengrondse dubbelwandige houder voor de opslag van 5000 l stookolie | Nieuw | 4,25 ton |
17.4. | opslagplaatsen voor gevaarlijke vloeistoffen en vaste stoffen, met uitzondering van de opslagplaatsen, vermeld in rubriek 48, en producten, gekenmerkt door gevarenpictogram GHS01, in verpakkingen met een inhoudsvermogen van maximaal 30 liter of 30 kilogram, voor zover de maximale opslag begrepen is tussen 50 kg of 50 l en 5000 kg of 5000 l | opslag van max. 750 l diverse gevaarlijke producten in kleine verpakkingen | Nieuw | 750 liter |
43.1.1°a) | stookinstallaties volledig gelegen in industriegebied én gestookt met vloeibare brandstoffen, aardgas of vloeibaar gemaakt gas (van 300 kW tot en met 2 000 kW) | 4 stookinstallaties van resp. 300 kW, 450 kW, 12 kW en 87 kW | Nieuw | 849 kW |
WAAROM WORDT DEZE BESLISSING GENOMEN?
Het college van burgemeester en schepenen dient akte te nemen van de ingediende melding. Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij bovenstaand verslag van de gemeentelijk omgevingsambtenaar en neemt het tot haar eigen motivatie.
Uitvoerbaarheid
U mag het project uitvoeren of exploiteren vanaf de aanplakking van de meldingsakte.
Aanplakking
U moet de meldingsakte bekend maken door de aanplakking van een affiche op de plaats waar het voorwerp van de melding uitgevoerd zal worden conform artikel 139 BVR OVG.
De aanplakking gebeurt conform artikel 59 BVR OVG waarbij de vergunningsaanvrager gelezen moet worden als de persoon die de melding verricht. Het opschrift van de aan te plakken affiche luidt : 'BEKENDMAKING MELDINGSAKTE'.
Verval
De meldingsakte vervalt van rechtswege in elk van de volgende gevallen:
1° als de verwezenlijking van de gemelde stedenbouwkundige handelingen niet wordt gestart binnen de twee jaar na het verlenen van de meldingsakte;
2° als het uitvoeren van de gemelde stedenbouwkundige handelingen meer dan drie opeenvolgende jaren wordt onderbroken;
3° als de gemelde gebouwen niet winddicht zijn binnen drie jaar na de aanvang van de gemelde stedenbouwkundige handelingen;
4° als de exploitatie van de gemelde activiteit of inrichting niet binnen vijf jaar na het verlenen van de meldingsakte aanvangt.
De meldingsakte voor de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit vervalt van rechtswege in elk van de volgende gevallen:
1° als de exploitatie van de gemelde activiteit of inrichting meer dan vijf opeenvolgende jaren wordt onderbroken;
2° als de ingedeelde inrichting vernield is wegens brand of ontploffing veroorzaakt ten gevolge van de exploitatie;
3° als de exploitatie op vrijwillige basis volledig en definitief wordt stopgezet overeenkomstig de voorwaarden en de regels, vermeld in het decreet van 9 maart 2001 tot regeling van de vrijwillige, volledige en definitieve stopzetting van de productie van alle dierlijke mest, afkomstig van een of meerdere diersoorten, en de uitvoeringsbesluiten ervan.
Beroepsmogelijkheid
U kan tegen deze beslissing een verzoekschrift tot schorsing en/of vernietiging indienen bij de Raad voor Vergunningsbetwistingen op het volgende adres:
Raad voor Vergunningsbetwistingen
p/a Dienst van de Bestuursrechtscolleges
Koning Albert II-laan 35 bus 81
1030 Brussel
U doet dit op straffe van onontvankelijkheid per beveiligde zending (dit is per aangetekende brief of door neerlegging ter griffie) binnen een vervaltermijn van 45 dagen die ingaat de dag na de betekening van deze beslissing.
Het verzoekschrift wordt in vijfvoud ingediend, namelijk één origineel en vier afschriften (fotokopies of een digitale kopie). Gelijktijdig met de indiening van het verzoekschrift stuurt u een afschrift van het verzoekschrift ter informatie aan de verwerende partij (dit is de overheid die de beslissing genomen heeft).
U bent een rolrecht verschuldigd van:
- 200 euro bij het indienen van een verzoekschrift tot vernietiging;
- 100 euro bij het indienen van een verzoekschrift tot schorsing of tot schorsing wegens uiterst dringende noodzakelijkheid.
U betaalt het rolrecht binnen een termijn van 15 dagen, die ingaat de dag na deze van de betekening van het verzoek daartoe door de griffier van de Raad. Als het bedrag niet binnen de termijn van 15 dagen is gestort wordt het beroep niet-ontvankelijk verklaard.
Meer info
De procedure voor de Raad van Vergunningsbetwistingen wordt geregeld in
- het decreet van 4 april 2014 betreffende de organisatie en de rechtspleging van sommige Vlaamse bestuursrechtscolleges,
- het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning
- het besluit van de Vlaamse Regering van 16 mei 2014 houdende de rechtspleging voor sommige Vlaamse Bestuursrechtscolleges.
Meer info vindt u op de website van de Raad voor Vergunningsbetwistingen. (http://www.dbrc.be/vergunningsbetwistingen)
Mededeling
Deze gegevens kunnen worden opgeslagen in een of meer bestanden. Die bestanden kunnen zich bevinden bij de gemeente, waar u de aanvraag hebt ingediend, bij de provincie, en ook bij de Vlaamse administratie, bevoegd voor de omgevingsvergunning. Ze worden gebruikt voor de behandeling van uw dossier. Ze kunnen ook gebruikt worden voor het opmaken van statistieken en voor wetenschappelijke doeleinden. U hebt het recht om uw gegevens in deze bestanden in te kijken en zo nodig de verbetering ervan aan te vragen.
Het college van burgemeester en schepenen neemt akte van de melding ingediend door CARROSSERIE BENNY DEPUYDT bv (O.N.:0832908811) voor het exploiteren van een carrosseriebedrijf, gelegen Zeeschipstraat 155, 9000 Gent, met inrichtingsnummer 20240220-0042, omvattende volgende rubrieken:
Rubriek | Conclusie | Omschrijving | Hoeveelheid |
3.4.1°a) | Aktename | lozen (zonder behandeling in een afvalwaterzuiveringsinstallatie) van bedrijfsafvalwater dat geen gevaarlijke stoffen (lijst 2C, VLAREM I) bevat in concentraties hoger dan de geldende indelingscriteria (tot en met 2 m³/u) | lozen van max. 0,1 m³/uur - 0,8 m³/dag - 208 m³/jaar bedrijfsafvalwater via een kws-afscheider in de openbare riolering (Nieuw) | 0,1 m³/uur |
4.3.b)1°i) | Aktename | inrichtingen waarin bedekkingsmiddelen worden aangebracht met een maximaal gehalte aan vluchtige organische stoffen, zoals conform de EG-richtlijn 2004/42/EG, bepaald in bijlage 2A en 2B van het koninklijk besluit van 7 oktober 2005 inzake de reductie van het gehalte aan vluchtige organische stoffen in bepaalde verven en vernissen en in producten voor het overspuiten van voertuigen (voetnoot zie achteraan bijlage 1), met een geïnstalleerde totale drijfkracht van: 5 kW tot en met 60 kW, als de inrichting volledig is gelegen in een industriegebied | 2 spuitcabines van resp. 15 kW en 22 kW (Nieuw) | 37 kW |
6.4.1° | Aktename | opslagplaatsen voor brandbare vloeistoffen met een totale opslagcapaciteit van 200 l tot en met 50.000 l | opslag van 2650 liter olie: 250 liter in vaten of bidons, 2 bovengrondse dubbelwandige houders voor de opslag van resp. 1200 l afvalolie en 1200 l motorolie (Nieuw) | 2650 liter |
15.2. | Aktename | herstellen van motorvoertuigen (+ carrosseriewerkzaamheden) anders dan vermeld in rubriek 15.3 | herstelwerkplaats voor motorvoertuigen met 10 hefbruggen (Nieuw) | 1 herstelwerkplaats |
15.4.2°a) | Aktename | niet-huishoudelijke inrichtingen voor het wassen van voertuigen en hun aanhangwagens, volledig of gedeeltelijk gelegen in een ander gebied dan het industriegebied waarin minder dan 10 motorvoertuigen en hun aanhangwagens per dag worden gewassen | wasplaats waar max. 8 voertuigen per dag worden gewassen (Nieuw) | 8 motorvoertuigen en hun aanhangwagens/dag |
15.6.1° | Aktename | stallen van geaccidenteerde voertuigen (maximaal 25 voertuigen) | overdekt stallen van max. 15 ton geaccidenteerde voertuigen (Nieuw) | 15 ton |
16.3.2°a) | Aktename | koelinstallaties, luchtcompressoren, warmtepompen en airconditioningsinstallaties (van 5 kW tot en met 200 kW) | 2 compressoren van resp. 11 kW en 7,5 kW (Nieuw) | 18,5 kW |
17.1.2.2.1° | Aktename | opslagplaatsen voor gevaarlijke gassen in vaste reservoirs, met een gezamenlijk waterinhoudsvermogen tot en met 3000 liter | 2 bovengrondse houders voor de opslag van resp. 1000 l en 1750 l propaan (Nieuw) | 2750 liter |
17.3.2.1.1.1°b) | Aktename | ontvlambare vloeistoffen van gevarencategorie 3 : gasolie, diesel, lichte stookolie en gelijkaardige vloeistoffen met een vlampunt ≥ 55°C met een gezamenlijke opslagcapaciteit van 100 kg tot en met 20 ton | bovengrondse dubbelwandige houder voor de opslag van 5000 l stookolie (Nieuw) | 4,25 ton |
17.4. | Aktename | opslagplaatsen voor gevaarlijke vloeistoffen en vaste stoffen, met uitzondering van de opslagplaatsen, vermeld in rubriek 48, en producten, gekenmerkt door gevarenpictogram GHS01, in verpakkingen met een inhoudsvermogen van maximaal 30 liter of 30 kilogram, voor zover de maximale opslag begrepen is tussen 50 kg of 50 l en 5000 kg of 5000 l | opslag van max. 750 l diverse gevaarlijke producten in kleine verpakkingen (Nieuw) | 750 liter |
43.1.1°a) | Aktename | stookinstallaties volledig gelegen in industriegebied én gestookt met vloeibare brandstoffen, aardgas of vloeibaar gemaakt gas (van 300 kW tot en met 2 000 kW) | 4 stookinstallaties van resp. 300 kW, 450 kW, 12 kW en 87 kW (Nieuw) | 849 kW |
De aktename is afhankelijk van de strikte naleving van de volgende voorwaarden:
Bijzondere voorwaarden voor de ingedeelde inrichting of activiteit:
Hergebruik hemelwater
Het water uit de hemelwaterputten dient maximaal hergebruikt worden voor laagwaardige toepassingen (sanitair, wassen van auto’s, ….).
Parkeren
De volledige parkeerbehoefte van de inrichting moet op het eigen terrein wordt opgevangen. Het openbaar domein mag op geen enkele manier hierdoor hinder ondervinden.
Permanent lekdetectiesysteem (kijkglas)
Als permanent lekdetectiesysteem voor de bovengrondse dubbelwandige houders is een kijkglas opgenomen. De houders kunnen gebruik blijven op voorwaarde dat de exploitant beschikt over een procedure voor zijn periodieke controles op lekken via het kijkglas. Deze procedure omvat een omschrijving van de controle, de frequentie van controle, en de registratie van alle uitgevoerde controles in een logboek. Het logboek wordt ter inzage voorgelegd bij de periodieke onderzoeken uitgevoerd door de erkend milieudeskundige, bevoegd deskundige of de erkende stookolietechnicus
Propaanhouders
Binnen een termijn van 3 maanden na aktename dient aangetoond worden aan de dienst Toezicht (toezicht@stad.gent) van stad Gent met vermelding van het dossiernummer dat de propaanhouders (1000 l en 1750 l) voldoen aan de scheidingsafstanden volgens bijlage 5.17.1 van Vlarem II en een attest van goedkeuring door milieudeskundige in de discipline houders voor gassen of gevaarlijke stoffen dient doorgestuurd.
Stookinstallaties
Binnen een termijn van 3 maanden na aktename dient aangetoond worden dat de stookinstallaties minder dan 100 bedrijfsuren per jaar in dienst zijn of emissiemetingen van de 2 stookinstallaties (300 kW en 450 kW) dienen opgestuurd naar de dienst Toezicht (toezicht@stad.gent) van stad Gent met vermelding van het dossiernummer.
De algemene en sectorale milieuvoorwaarden van titel II van het VLAREM:
De integrale en geconsolideerde tekst van titel II van het VLAREM is raadpleegbaar op de Milieunavigator, via de link: https://navigator.emis.vito.be/
Bij wijziging van VLAREM wordt de exploitant geacht de meest actuele versie van de van toepassing zijnde bepalingen na te leven.
Wijst de aanvrager op volgende aandachtspunten:
Afvalstoffenregister
Het is verplicht om een afvalstoffenregister bij te houden.
KWS-afscheider
De controle van de KWS-afscheider dient om de 3 maanden te gebeuren en een logboek dient hiervan bijgehouden.
Slibvangput
Conform artikel 5.15.0.7 dient de stalplaats voor geaccidenteerde voertuigen aangesloten op een slibvangput.
Vlarebo
Er worden rubrieken aangevraagd die aangeduid zijn met een vlarebocode.
Conform het decreet van 27 oktober 2006 betreffende de bodemsanering en de bodembescherming (Bodemdecreet) en het besluit van de Vlaamse Regering van 14 december 2007 betreffende de bodemsanering en de bodembescherming (VLAREBO) is een oriënterend onderzoek verplicht om de 20 jaar en bij overdracht, sluiting en faillissement.
Energiecoaching
Het bedrijf komt in aanmerking voor energiecoaching van de stad Gent. De energiecoach geeft professioneel advies op maat voor zowel renovaties, nieuwbouw of voor een algemene verlaging van het energieverbruik binnen het bedrijf.
Contact en meer info: Energiecoaching@stad.gent of 09 268 23 00 of http://www.stad.gent/energiecoaching.