Het Decreet betreffende de omgevingsvergunning van 25 april 2014, artikels 24 en 42.
Het Decreet betreffende de omgevingsvergunning van 25 april 2014, artikels 5 en 6.
Het college van burgemeester en schepenen geeft gunstig advies.
WAT GAAT AAN DEZE BESLISSING VOORAF?
AQUAFIN NV met als contactadres Dijkstraat 8, 2630 Aartselaar heeft een aanvraag (OMV_2023155554) ingediend bij de deputatie op 20 maart 2024.
De aanvraag omgevingsvergunning met stedenbouwkundige handelingen en een ingedeelde inrichting of activiteit handelt over:
• Onderwerp: het veranderen van een rioolwaterzuiveringsinstallatie (SH + IIOA)
• Adres: Drongensesteenweg 254, 9000 Gent
• Kadastrale gegevens: afdeling 28 sectie B nrs. 573H en 614D
Het resultaat van het ontvankelijkheids- en volledigheidsonderzoek werd verzonden op 15 mei 2024.
De deputatie heeft het college van burgemeester en schepenen om advies gevraagd op
15 mei 2024.
De aanvraag volgde de gewone procedure.
Volgend verslag werd uitgebracht door de gemeentelijk omgevingsambtenaar op 14 juni 2024.
OMSCHRIJVING AANVRAAG
1. BESCHRIJVING VAN DE OMGEVING, DE PLAATS EN HET PROJECT
De aanvraag betreft een gecombineerde omgevingsvergunningsaanvraag met stedenbouwkundige handelingen en een ingedeelde inrichting of activiteit.
Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen
De aanvraag omvat het veranderen van een rioolwaterzuiveringsinstallatie (SH + IIOA)
De stedenbouwkundige aanvraag heeft betrekking op een terrein dat gelegen is langs de Drongensesteenweg, ten noorden van de Watersportbaan, in de zone tussen de Drongensesteenweg en de Bourgoyen. Op de site uit de aanvraag bevindt zich een rioolwaterzuiveringsinstallatie (RWZI) van AQUAFIN.
De aanvraag omvat het bouwen van een container (technische ruimte) voor een installatie om biogas uit de slibgistingsinstallatie op te waarderen naar aardgas.
De installatie bestaat uit een container type 40ft (L12,19m x B2,44m x H2,92m) waarin de opwaardeerinstallatie gemonteerd is. De container is voorzien van de nodige toegangsdeuren.
Nabij de container staan de bijhorende technische installaties:
- Biogas koeler en droger
- Actiefkoolbehandeling
De verhardingen omvatten:
- een beton funderingsplaat voor de container en technische installaties ,met afmetingen L 17,5 m x B 10 m
- De nodige verharding rondom in waterdoorlatende klinkers (+- 110m²)
Beschrijving van de aangevraagde inrichtingen of activiteiten
De aanvraag betreft enkele veranderingen aan de vergunningstoestand van een bestaande RWZI, waarbij er niets wijzigt aan de vergunde hoeveelheid inwonersequivalenten. Ook de aangevoerde en verwerkte hoeveelheden afvalstoffen wijzigen niet; er wordt enkel een correctie doorgevoerd van de rubrieken en een afstemming met de werkelijke toestand:
* Slib kan ook opgeslagen worden in twee indikkers van 1.549 m³, die nog niet vermeld waren in de huidige vergunning. De totale hoeveelheid aangevoerd slib wijzigt niet (2.3.2.a)2°)
* Drijflagen van andere Aquafin RWZI's worden niet meer afzonderlijk vergund, want zijn te beschouwen als zuiveringsslib (in alle rubrieken geschrapt)
* De indikking van septisch materiaal voor vergisting dient beschouwd te worden als een fysisch-chemische behandeling, en dient bijgevolg vergund te worden onder 2.3.2.e)2° en 2.4.3.a)2°
* In de mengbuffer gebeurt geen fysich-chemische behandeling, dus deze wordt geschrapt bij rubriek 2.3.2.e)2°. Vetten van andere RWZI's worden wel gelost in deze mengbuffer, maar het betreft geen lekcontainer of dergelijke. De vetten worden onmiddellijk mee vergist zonder voorafgaande behandeling
* Topwaters van de aanvoer van afvalstoffen van pompstations en rioleringen krijgen een biologische behandeling in de waterlijn en dienen dus mee opgenomen te worden bij rubrieken 2.3.3.a)2° en 2.4.3.a)1°
* de vergiste fracties, zijnde RWZI slib, septisch materiaal en vetten worden zowel opgenomen onder vergisting (rubriek 2.2.3.e)2° en 2.4.3.b)1°) als onder biologische behandeling (rubrieken 2.3.3.a)2° en 2.4.3.a)1°)
Verder zijn er ook volgende wijzigingen:
* enerzijds een aantal actualisaties, zoals het vergunnen van alle surpressoren en airco's, het schrappen van de opslag van ongevaarlijke PE en antischuimmiddel onder rubriek 17 en de vervanging van de brander in het dienstgebouw
* anderzijds een aantal wijzigingen die te maken hebben met de bouw van een opwaardeerunit van biogas naar biomethaan (het schrappen van de gasmotoren en de bijhorende smeerolietanks, de nieuwe rubriek 16.2.3, een nieuwe warmtepomp, een biogascompressor en biogasblower en de opslag van 240 kg thiofeen).
Momenteel loopt ook de laatste fase van de overkapping van 4 slibbuffers en de aansluiting ervan op een geurbehandelingsinstallatie. Het betreft de overkapping van de twee voormalige slibindikkers (die tegenwoordig in gebruik zijn als slibbuffer), de slibbuffer vóór de indiktafels en de slibbuffer uitgegist slib. De geurbehandeling zal bestaan uit 4 biofilters in parallel. De nieuwe geurbehandeling zal in het voorjaar van 2024 in gebruik genomen worden.
Volgende rubrieken worden aangevraagd:
Inrichtingsnummer 20181113-0080: Aquafin nv
2.3.2.a)2° |opslag en fysisch-chemische behandeling van meer dan 25 ton niet gevaarlijke slibs - andere dan rubriek 2.3.7 |Toevoeging van twee indikkers
schrappen van drijflagen |klasse 1 |Verandering |3098 ton
2.3.2.e)2° |opslag en fysisch-chemische behandeling van meer dan 25 ton andere niet gevaarlijke afvalstoffen - andere dan rubriek 2.3.7 |toevoegen septisch materiaal (correcte rubricering)
schrappen mengbuffer en 2 lekcontainers |klasse 1 |Verandering |102 ton
2.3.3.a)2° |opslag en biologische behandeling van meer dan 25 m³ niet gevaarlijke afvalstoffen - andere dan rubriek 2.3.7 |Toevoeging van extern slib en vetten (vergisting) en topwaters (waterlijn) |klasse 1 |Verandering |5805 m³
2.4.3.a)1° |verwijdering van niet-gevaarlijke afvalstoffen (meer dan 50 ton/dag) door middel van biologische behandeling - activiteiten vermeld in rubriek 3.6.4 uitgezonderd |Toevoeging van extern slib en vetten (vergisting) en topwaters (waterlijn) |klasse 1 |Verandering |250 ton/dag
2.4.3.a)2° |verwijdering van niet-gevaarlijke afvalstoffen (meer dan 50 ton/dag) door middel van fysisch-chemische behandeling - activiteiten vermeld in rubriek 3.6.4 uitgezonderd |toevoeging septisch materiaal (correcte rubricering)
schrappen drijflagen |klasse 1 |Verandering |300 ton/dag
6.4.1° |opslagplaatsen voor brandbare vloeistoffen met een totale opslagcapaciteit van 200 l tot en met 50.000 l |schrappen 2 tanks smeerolie bij gasmotor |klasse 3 |Verandering |-1800 liter
16.2.3° |Gassen op basis van de etikettering gekenmerkt door het gevarenpictogram GHS02 of GHS06 |Inrichting voor het niet-huishoudelijk scheiden van gassen o.b.v. GHS02 (methaan). |klasse 1 |Nieuw |320 Nm³/h
16.3.2°b) |koelinstallaties, luchtcompressoren, warmtepompen en airconditioningsinstallaties (meer dan 200 kW) |Toevoegen van:
Biogascompressor 134 kW
Biogasblower 42 kW
Warmtepomp 250 kW
Surpressor airlift langsruimer 2 x 4 kW
Surpressor zandvanger 2 x 11 kW
Surpressor zandvanger 2 x 7,5 kW
Surpressor beluchtingsbekken 4 x 300 kW
Airco's 0,29; 1,54; 1,75 en 4,55 kW
Compressor 1,57 kW |klasse 2 |Verandering |1680,7 kW
17.3.2.2.1° |ontvlambare vloeistoffen van gevarencategorie 1 en 2 met een gezamenlijke opslagcapaciteit van 50 kg tot en met 2 ton |Opslag van Thiofeen |klasse 3 |Nieuw |240 kg
17.3.4.2°a) |bijtende vloeistoffen en vaste stoffen, opslagplaatsen voor vloeistoffen en vaste stoffen op basis van etikettering gekenmerkt door het gevarenpictogram GHS05 met een gezamenlijke opslagcapaciteit van meer dan 20 ton tot en met 100 ton, als de inrichting volledig is gelegen in industriegebied |Schrappen opslag PE en ongevaarlijk antischuimmiddel |klasse 2 |Verandering |-68,25 ton
17.3.6.2°a) |schadelijke vloeistoffen en vaste stoffen, opslagplaatsen voor vloeistoffen en vaste stoffen op basis van etikettering gekenmerkt door het gevarenpictogram GHS07 met een gezamenlijke opslagcapaciteit van meer dan 20 ton tot en met 100 ton als de inrichting volledig is gelegen in industriegebied |Schrappen opslag PE en ongevaarlijk antischuimmiddel |klasse 2 |Verandering |-68,25 ton
43.1.2°b) |stookinstallaties (meer dan 500 kW tot en met 5 000 kW) - als het en inrichting betreft als vermeld in 1°,c) |De brander van 134 kW (dienstgebouw) werd vervangen door een van 63 kW. De brander van 213 kW is uit dienst |klasse 2 |Verandering |-284 kW
2. HISTORIEK
Volgende vergunningen, meldingen en/of weigeringen zijn bekend:
Omgevingsvergunningen
- Op 13/02/2020 werd een voorwaardelijke vergunning afgeleverd voor het verlengen van de bestaande tijdelijke vergunning (2017/06249) voor het plaatsen van onderzoeks- en bureelcontainers en het bijkomend plaatsen van een bergingcontainer en een sanitaire container (OMV_2019144393).
- Op 13/02/2020 werd een voorwaardelijke vergunning afgeleverd voor het veranderen door wijziging en uitbreiding van een rioolwaterzuiveringsinstallatie (OMV_2018138033).
- Op 02/07/2020 werd een voorwaardelijke vergunning afgeleverd voor de povc verzoekt de bijstelling van de bijzondere voorwaarden als gevolg van de evaluatie die uitgevoerd werd conform artikel 5.4.11 van het dabm. (OMV_2020027835).
- Op 03/09/2020 werd een voorwaardelijke vergunning afgeleverd voor het plaatsen van zonnepanelen (OMV_2020043445).
Stedenbouwkundige vergunningen
- Op 14/02/1973 werd een weigering afgeleverd voor ophopen van gronden. (1973 DR 10010)
- Op 24/04/1978 werd een vergunning afgeleverd voor het aanbrengen van afsluiters op persleiding. (Litt. D-1-78)
- Op 05/05/1980 werd een vergunning afgeleverd voor bouwen van een waterzuiveringsinstallatie. (Litt. O-6-80 (1980/10056))
- Op 02/06/1980 werd een vergunning afgeleverd voor bouwen van een waterzuiveringsinstallatie. (Litt. O-17-80 (1980/10056))
- Op 16/02/1981 werd een vergunning afgeleverd voor bouwen van een rioolwaterzuiveringsinstallatie 1ste faze resterend lot. (Litt. O-17-80 (1980/10144))
- Op 11/02/1982 werd een vergunning afgeleverd voor het bouwen van een rioolwaterzuiveringsinstallatie 1ste fase. (1982/152)
- Op 28/05/1984 werd een vergunning afgeleverd voor het bouwen van een zuiveringsinstallatie. (1984/707)
- Op 17/09/1987 werd een vergunning afgeleverd voor het bouwen van een opvangtrap voor septisch materiaal. (1987/1245)
- Op 06/02/1997 werd een vergunning afgeleverd voor ombouwen rioolwaterzuiveringsinstallatie. (1996/751)
- Op 27/05/2002 werd een vergunning afgeleverd voor de verbouwing van een rioolwaterzuiveringsinstallatie. (2001/892)
- Op 25/01/2005 werd een vergunning afgeleverd voor de aanleg van droogbedden voor de uitdroging van zand en slibmengsels. (2004/747)
- Op 06/04/2010 werd een vergunning afgeleverd voor de plaatsing van 1 opslagtank en 2 containers voor koolstofbron. (2010/159)
- Op 10/11/2010 werd een vergunning afgeleverd voor de uitbreiding van een laagspanningslokaal, plaatsen van luchtbehandelingsinstallaties, overkapping van bestaande installaties, nieuw trace voor luchtverdeelleiding en enkele kleinere civiele en electromechanische herinrichtingswerken. (2010/770)
- Op 23/06/2015 werd een vergunning afgeleverd voor de bouw van een hoogspanningscabine en een technisch lokaal voor de plaatsing van een gasmotor. (2015/06073)
- Op 19/02/2018 werd een vergunning afgeleverd voor het plaatsen van onderzoeks- en bureelcontainers. (2017/06249 Dig)
BEOORDELING AANVRAAG
3. EXTERNE ADVIEZEN
Wettelijk verplichte externe adviezen worden opgevraagd door de vergunningverlenende overheid.
4. TOETSING AAN WETTELIJKE EN REGLEMENTAIRE VOORSCHRIFTEN
4.1. Ruimtelijke uitvoeringsplannen – plannen van aanleg
Het project ligt in het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan 'Afbakening grootstedelijk gebied Gent' (definitief vastgesteld door de Vlaamse Regering op 16 december 2005), maar niet in een gebied waarvoor er stedenbouwkundige voorschriften zijn bepaald.
Het project ligt in het bijzonder plan van aanleg BOURGOYEN (deel D), goedgekeurd op
9 januari 2004, en is bestemd als zone voor gemeenschapsvoorzieningen; A, B, C.
De aanvraag is in overeenstemming met de voorschriften.
4.2. Vergunde verkavelingen
De aanvraag is niet gelegen in een goedgekeurde, niet vervallen verkaveling.
4.3. Verordeningen
Algemeen Bouwreglement
De aanvraag werd getoetst aan de bepalingen van het Algemeen Bouwreglement, de stedenbouwkundige verordening van de Stad Gent, goedgekeurd door de deputatie bij besluit van 16 september 2004 en meest recent gewijzigd bij gemeenteraadsbesluit van 25 maart 2024, van kracht sinds 27 mei 2024.
Het ontwerp is in overeenstemming met dit algemeen bouwreglement.
Gewestelijke verordening hemelwater
De aanvraag werd getoetst aan de gewestelijke hemelwaterverordening 2023. (Besluit van de Vlaamse Regering van 10 februari 2023)
(Zie waterparagraaf).
4.4. Uitgeruste weg
Het bouwperceel is gelegen aan een voldoende uitgeruste gewestweg
4.5. Archeologienota
Niet van toepassing voor deze aanvraag.
5. WATERPARAGRAAF
De vergunningverlenende overheid staat in voor de opmaak van de waterparagraaf. Met betrekking tot de waterparagraaf wordt volgend advies uitgebracht:
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een recent overstroomd gebied of een overstromingsgebied, zodat in alle redelijkheid wordt geoordeeld dat geen schadelijk effect op de waterhuishouding van dit gebied wordt veroorzaakt. De nieuwe verharding wordt deels aangelegd in betonverharding onder de installatie en deels aangelegd in waterdoorlatende betonstraatstenen zodat het hemelwater op een natuurlijke manier kan infiltreren.
6. OPENBAAR ONDERZOEK
Het openbaar onderzoek werd gehouden van 24 mei 2024 tot en met 22 juni 2024.
Gedurende dit openbaar onderzoek werd 1 bezwaarschrift ingediend.
Het ingediende bezwaar wordt niet aanzien als een bezwaarschrift maar als een gunstig advies van Elia.
7. OMGEVINGSTOETS
Beoordeling van de goede ruimtelijke ordening
Aangezien de geplande handelingen doorgaan op een reeds ingericht terrein en in functie staan van het proces, is de ruimtelijk impact beperkt.
De aanvraag is dan ook ruimtelijke en stedenbouwkundig aanvaardbaar.
Milieuhygiënische en veiligheidsaspecten
Er wordt geen advies gegeven over de milieuhygiënische en veiligheidsaspecten van de aangevraagde ingedeelde inrichtingen.
CONCLUSIE
De aanvraag wordt beslist door de deputatie (art. 15 van het omgevingsvergunningsdecreet van 25 april 2014).
Gunstig, de aanvraag is in overeenstemming met de wettelijke bepalingen en verenigbaar met de goede plaatselijke aanleg.
Er wordt geen advies gegeven over de milieuhygiënische en veiligheidsaspecten van de aangevraagde ingedeelde inrichtingen.
WAAROM WORDT DEZE BESLISSING GENOMEN?
Het college van burgemeester en schepenen moet advies uitbrengen bij de deputatie over omgevingsvergunningsaanvragen die door de deputatie worden behandeld (klasse 1 inrichtingen en/of provinciale projecten).
Het college van burgemeester en schepenen sluit zich aan bij bovenstaand verslag van de gemeentelijk omgevingsambtenaar en neemt het tot haar eigen motivatie.
Niet van toepassing.
Het college van burgemeester en schepenen brengt gunstig advies uit over de omgevingsaanvraag voor het veranderen van een rioolwaterzuiveringsinstallatie (SH + IIOA) van AQUAFIN nv, gelegen te Drongensesteenweg 254, 9000 Gent.